De 16e week van de zwangerschap verliep vrij rustig, ik voelde mij per dag beter en de medicatie had een goed effect. Nog steeds had ik last van bloedverlies en inmiddels begonnen we ons wel zorgen te maken. Op maandag 21 december moest ik werken, normaal stond ik op met bloedverlies en werd het vrij snel daarna weer minder of was het weg. Maar nu bleef het bloeden, elke keer als ik opstond op werk ging het lopen. Ik belde het ziekenhuis en moest gelijk die kant op komen. Mijn manager bracht mij en ondertussen belde ik mijn man om te zeggen dat ik weer naar het ziekenhuis moest. Op de triage kwam al vrij snel de verloskundige en werd er een echo gemaakt. Daar was iets geks te zien maar ze kon niet precies zeggen wat het was. De gynaecoloog werd erbij gehaald en de echo werd opnieuw uitgevoerd. Het bleek een hematoom te zijn, die zelfs groter was dan de baby zelf. De baby zelf deed het hartstikke goed en er werd inwendig nog wat onderzoek gedaan. Een uitstrijkje en een soa test voor de zekerheid. Omdat het toch ruim bloedverlies was werd ik opgenomen voor observatie. De gynaecoloog kwam naast mij zitten en vertelde mij dat het toch niet goed was wat ze gezien hadden. Dat de kansen voor de baby erg onzeker was, en ik ook rekening moest houden met het ergste. Op dat moment stortte ik in elkaar, eindelijk voelde ik mij beter. Ik begon liefde te krijgen voor dit kindje en mij op deze kleine man te verheugen. Alle gedachtes die ik in het begin had waren niet meer van toepassing. En nu moest ik gaan verwerken hij er misschien wel helemaal niet zou komen.