Een bevalling volgens het boekje deel 2
De wens voor een halve lotus bevalling
Je begint nu aan deel twee van mijn bevallingsverhaal: een bevalling volgens het boekje.
Je begint nu aan deel twee van mijn bevallingsverhaal: een bevalling volgens het boekje.
Waar ik eerst nog heel even dacht dat het wel meeviel bleek de kracht toch steeds meer toe te nemen. De weeën werden alsmaar intenser. Inmiddels 40+3 weken zwanger en ik was er zó klaar voor. Al dagen keek ik uit naar dit moment. Zó benieuwd was ik naar wie er in mijn buik woonde. Ook kon ik niet wachten om weer verlost te worden van mijn buik. Ik hield er van maar was ook klaar om afscheid te nemen. Alles werd immers steeds zwaarder. Activiteiten met Noï ondernemen werd steeds lastiger, en miste ik ook wel enorm. De laatste weken vermaakten we ons vooral in en rond het huis. Soms voelde het wel eens eindeloos maar dat ik uiteindelijk een bevalling volgens het boekje zou krijgen had ik alleen maar durven dromen.
Sinds een tijdje heeft Noï ontdekt dat ze bewust boos kan kijken. Ze trekt haar meest ernstige gezicht en fronst haar wenkbrauwtjes. Het krulletje rond haar mondje verraad dat ze stiekem heel erg moet lachen. Haar bedoeling is dat wij ook boos terug kijken. Als we daarna vragen: ‘Noï kun je ook lachen?’ schut ze wild haar hoofd en gaat weer verder met fronzen. Deze keer met een iets grotere krul rond haar mond. Uiteindelijk kan ze haar lach niet meer verbergen en barst ze erin uit.
We verbazen ons samen geregeld over hoeveel er kan veranderen in een korte tijd. Vijf jaar geleden leerden we elkaar kennen. Echt duidelijke plannen met onze toekomst hadden we nog niet. We lieten het op zijn beloop. Na eventjes daten werd het serieuzer. Wat in eerst instantie een laten-we-eens-op-funda-kijken idee was bleek later een laten-we-ook-maar-gelijk-een-huis-kopen uitvoering. Eenmaal gekocht moesten er rap verbouwplannen bedacht worden. Eenmaal in uitvoering waren we zo een half jaar verder. Het grootste gedeelte werd in een maand gedaan en de maanden daarna klusten we elk vrij uurtje verder. Begin 2020 raakte ik in verwachting van Noï. 9 maanden later is zij geboren. Ondertussen studeerde Riny al enige tijd en ook ik startte een opleiding toen Noï een jaar oud was. In die tussentijd zwanger van Oos, die inmiddels alweer vier maanden bij ons is. Tussen al deze hoogtepunten door is er een hoop gebeurd wat de nodige tranen en energie heeft gekost, maar we staan er nog wel steeds samen. Op de foto met onze tweejarige peuter, maar ook in het dagelijks leven blijven we samen staande. Hoe; vraag ik me wel eens af, maar het lukt. Ik denk doordat we geregeld eindeloos praten. Eindeloos kunnen sparren over onze emoties en gevoelens, en over de situaties rondom ons heen. Het is een hele reis zo ondertussen maar ik had hem nog altijd niet met iemand anders willen maken. We vinden elkaar steeds weer opnieuw uit tussen alle poepluiers en snottebellen door. We hebben het vaak over ‘over een paar jaar zijn we dit vergeten’ om de slapeloze nachten van nu maar te maskeren. Ik hoop dat we over een paar jaar lachend terug kijken en genieten van ons gezin. Met uitgekomen dromen en nieuwe doelen op de plank. Het leven is niet makkelijk, maar wel een stukje fijner met een samen zoals wij.🤍
‘Het was het huisje van je baby.’ ‘Ook met een maatje meer mag je er zijn.’ ‘Maak je niet druk, je hebt een heel kind gebaard!’ ‘Dan trek je toch gewoon andere kleding aan.’
Met mijn eerste baby in mijn armen en de tweede in mijn buik. Het voelt nu al ontzettend rijk om deze twee zo dichtbij elkaar te hebben. Hoewel Noï nog geen idee heeft van haar babybroertje beseffen wij het maar al te goed. Vooral ik ben de laatste week alleen maar bezig met de bevalling, de baby, mijn lichaam en de tijd die zó langzaam gaat. Ik weet het; nu nog genieten, maar zo voelt het niet altijd meer. Ik herken dit heel erg van mijn eerdere zwangerschap. Ondanks het ongeduld geniet ik absoluut nog maar de intensiteit neemt af. Mijn lichaam is er langzaamaan klaar mee en ook mijn hoofd laat me steeds vaker in de steek. Ik vergeet de simpelste dingen, kom niet op woorden, irriteer me aan de meest onnozele zaken en als we die dingen hebben gehad verzin ik wel weer iets om over te zeuren. Daarnaast voel ik al een aantal dagen gerommel. Iets dat ik niet herken van eerder. Ik merk dat sinds ik dit voel het ongeduld ook toegenomen is. Maar dit gerommel kan in hebben. Waar ik meer moeite mee heb is mijn hoofd. Ik vind het lastig dealen met een wazig hoofd zoals nu. Alsof scherp stellen niet meer lukt. De enige dingen die het accepteren van deze warboel makkelijker maakt is afleiding zoeken, mezelf volledig toestaan om dit te voelen en mezelf ook beetje bij beetje meer afsluiten in m’n bubbel. Zeggen dat ik moet genieten en vooral dankbaar moet zijn werkt averechts. Ik weet het met mijn heldere hoofd maar al te goed, maar die ben ik vorige week uit het zicht verloren. Nu wil ik vooral heel graag dat babybroertje gezond in ons gezin terecht komt. Dat heldere hoofd vind ik later wel weer ergens.
Op 27 augustus 2020 werkte ik mijn laatste dag. Mijn verlof begon en ik was daar meer dan aan toe. Toen ik in verwachting raakte was het besluit om helemaal te stoppen nog niet gemaakt. Dat kwam later pas. Ik schreef over die keuze al eens eerder een artikel dat je hier kunt vinden. Toen eenmaal de beslissing was genomen viel er een last van mijn schouders. De focus ging van werken naar ons baby'tje, mijn zwangerschap, ons psychische welzijn en ons gezin in wording. De eerste periode na de bevalling voelde het niet altijd goed om niet meer te werken. Ik was het immers al zo lang gewend dat ik mezelf soms verplicht voelde, naar vooral de buitenwereld, om ook mijn steentje bij te dragen aan de financiën. Alsof de zorg voor een baby, het gezin, ons huishouden, werken aan mezelf en onze relatie niet goed genoeg was. Ik besloot deze gedachten uit mijn hoofd te zetten. Te gaan genieten van de tijd die we nu samen hebben. Maar voor altijd thuis blijven... dat was toch ook niet mijn ideaalbeeld. Lees hieronder hoe ik het moeder zijn combineer met studeren.
Haar eerste echte Koningsdag. Afgelopen jaar was er natuurlijk niet veel te doen door Covid. We hadden toen samen een dagje vrij en genoten van het weer. Noï was toen ruim zes maanden oud. Wat vond ik haar toen al groot maar als ik die foto’s terug kijk… ze was toen echt nog onze baby.
Gisteren zat ik in de tuin en keek ik toe hoe Noï aan het spelen was. Het kleine jongetje in mijn buik was druk aan het bewegen en ineens realiseerde ik het me, nog veel meer dan daarvoor: nog maar heel even met ons drieën.