Onderzoek:parttime werkende moeder is niet verwend
Er komen namelijk een hoop huishoudelijke taken bij.
Lui, verwend, een parttime prinsesje: allemaal termen die vrouwen tegenwoordig krijgen als ze niet fulltime meer werken na de komst van een kind. Tocht blijkt uit nieuw onderzoek dat deze bewering niet klopt. Hoewel ze minder betaalde uren werken, vullen ze deze tijd volledig in met huishoudelijke taken en zorg voor de kinderen. Lees snel verder!
Na de geboorte van een kind is het vaak de vrouw die haar betaalde baan opzegt of minder gaat werken. Deze vrouwen worden soms gezien als ‘deeltijdprinsessen’, wat suggereert dat ze parttime werken om meer vrije tijd te hebben. Maar volgens onderzoek klopt dit beeld niet. Hoewel ze minder betaalde uren maken, blijft het totale aantal gewerkte uren vaak gelijk. Het stereotype dat parttime werkende moeders deeltijdprinsessen zijn, is behoorlijk hardnekkig. “Dit is vooral iets dat in de publieke opinie stellig naar voren komt,” vertelt onderzoeker Max van Lent in een gesprek met Scientias.nl. “De veronderstelling is dat het een luxe is dat moeders minder gaan werken na de komst van kinderen.”
Veel huishoudelijke taken erbij
"Ons onderzoek laat zien dat moeders na de komst van kinderen niet minder gaan werken, in tegenstelling tot wat sommige mensen denken," vertelt Van Lent. "Het klopt dat ze minder betaalde uren maken, maar deze uren worden volledig opgevuld door huishoudelijke taken en de zorg voor de kinderen, niet door vrije tijd. Met andere woorden, ze verminderen vooral hun uren op de arbeidsmarkt, maar besteden daarentegen meer tijd thuis." Hierdoor blijft de totale tijd die vrouwen ‘werken’ ongeveer gelijk vóór en na de komst van kinderen.
Vaders doen bijna niks in het huishouden
Uit het onderzoek blijkt ook dat vaders na de geboorte van hun kinderen nog steeds weinig in het huishouden doen, vertelt Van Lent. “Een manier om dit te veranderen, is door de huishoudelijke en zorgtaken eerlijker te verdelen. Denk bijvoorbeeld aan vaderschapsverlof of flexibel verlof in de eerste jaren. Zo kunnen vaders wennen aan de zorg voor hun kinderen. En nog belangrijker, het helpt om de traditionele rolpatronen te doorbreken. Hierdoor wordt het normaal dat zowel vaders als moeders de kinderen van school halen of naar sport brengen.”