Poeppoli voor kinderen
De poeppoli? 'Wat is dat nu weer?' vraag je je misschien af. Niet elk kind heeft dagelijks ontlasting; sommige kinderen slaan wel eens een dag over.
Wat is de poeppoli?
Voor je kind naar een poeppoli gaat, ga je meestal eerst met hem naar de huisarts. De huisarts kan hem vervolgens doorverwijzen naar een kinderarts. De kinderarts zal eerst willen uitsluiten dat het om een lichamelijk probleem gaat. Door allerlei vragen en eventueel extra onderzoek wordt dit uitgezocht. Waarschijnlijk zullen er in ieder geval laxerende middelen worden voorgeschreven ( om de poep minder vast te maken ) als dit probleem bij je kind speelt. In diverse ziekenhuizen is een speciale poeppoli waar je verder geïnformeerd kunt worden over de problemen. Hier kunnen kinderen en jongeren (2 – ca. 16 jaar) terecht met problemen met betrekking tot de ontlasting.Een pedagogisch medewerker zal door middel van gesprekjes met jullie kijken naar het probleem. Mogelijke andere problemen die hiermee verband kunnen houden (eten, drinken, plassen of emotionele problemen), bijzonderheden en de gevolgen voor het kind en jullie gezin. Het bezoek aan de poli zal niet bij één keer blijven. Meestal is het een intensief traject met hoogstwaarschijnlijk meerdere consulten en telefonische contacten. Ook kan er een kinderpsycholoog bij gevraagd worden als daar behoefte aan is of een kinderfysiotherapeut die met bepaalde oefeningen de bekkenbodem kan trainen. Als het nodig is, wordt de situatie aan een heel team van deskundigen voorgelegd. Voor kinderen die zowel met plassen als met poepen problemen hebben, bestaat er ook nog een incontinentie-poli.
Adviezen die gegeven worden zullen in eerste instantie betrekking hebben op toilettraining. Poeptraining bestaat bijvoorbeeld uit 3 maal per dag 5 minuten op de wc zitten na het eten, waarbij van je kind wordt verwacht dat hij echt probeert te persen (belangrijk is altijd dat je kind goed zit en dat de voeten ondersteund worden). Het is praktisch om – voor het geval je dat nog niet deed – een dagboekje bij te houden over de ontlasting. Je maakt onderscheid wat betreft de grootte van de geproduceerde ontlasting en het aantal keren dat je kind gepoept heeft op een dag. Er zullen verder adviezen worden gegeven over voeding (voldoende vezels) en vochtinname van je kind (verspreid over de dag). Ook kan het probleem een sterke invloed hebben op het gedrag van je kind; daarom zal ook daarover gesproken worden. Wanneer medicatie wordt voorgeschreven, wordt daar natuurlijk uitleg over gegeven.
Aanvullend onderzoek bij de poeppoli
Als er toch aanvullend onderzoek nodig is, kan er bijvoorbeeld gebruik worden gemaakt van ‘dikke darm passagetijd met ringetjes’, waarbij je kind een aantal dagen ringetjes (in capsulevorm) moet slikken. Na een week wordt met een röntgenfoto bekeken waar de ringetjes zich bevinden (als ze er überhaupt nog zijn) om te kijken hoe snel de dikke darm werkt. Met een andere techniek, manometrie, wordt via een slangetje de druk in de anus en endeldarm gemeten.Bij de poeppoli wordt eveneens verder wetenschappelijk onderzoek gedaan naar klachten met betrekking tot de ontlasting, om zo steeds beter op hulpvragen in te kunnen gaan.
Motivatie
Op een ‘luchtige’ manier met je kind over ontlasting te spreken is goed. Dit doe je door bijvoorbeeld samen boekjes te lezen. Zeker bij jonge kinderen is dat prettig. Denk maar aan ‘Over een kleine mol die wil weten wie er op zijn kop gepoept heeft’ (W. Holzwarth en W. Erlbruch) of ‘Liselotje op het potje’ (M. Busser en R. Schröder).Sommige ziekenhuizen werken met groepsbijeenkomsten. Kinderen merken dan dat ze niet de enige zijn met dit probleem en leren van elkaar. Dat werkt motiverend en die motivatie om te blijven werken aan het probleem is juist zo belangrijk! Het onderwerp minder beladen maken, daar gaat het om. Want voor veel kinderen die met ontlastingproblemen te maken hebben, is het dat vaak wel. Een kind doet het tenslotte niet expres.
Heeft jouw kind al langere tijd problemen met de ontlasting; hoe ga jij hiermee om? Of heb je ervaringen met de poeppoli?