Klonen in plaats van een IVF behandeling
Gisteren was het precies 15 jaren geleden dat de eerste levende wezen werd gekloond. Op 5 juli 1996 kwam Dolly ter wereld, een gekloonde schaap. Er waren 276 pogingen nodig voor een levensvatbaar resultaat, maar uiteindelijk kwam Dolly. Sindsdien zijn er her en der geluiden te horen, over wetenschappers die zich hiermee bezighouden. Gelukkig is het klonen van een mens in de meeste landen gewoon verboden. Met de komst van nieuwe technieken wordt het toch steeds interessanter wat er in de toekomst komen zal.
In 2009 werd het bekend dat een Amerikaanse arts een poging had gedaan om mensen te klonen. Er zijn in totaal 11 embryo’s geplaatst, bij 4 vrouwen. De embryo’s werden gekloond uit de huidcellen van de ouders. Deze poging was mislukt. De meeste embryo’s groeiden niet of nauwelijks.
Een kloon zou eruit zien als een tweeling van de gekloonde, dus niet identiek. Klonen is zeker een onderwerp dat in de toekomst nog regelmatig in het nieuws zal komen. De vraag is of het klonen van mensen wel echt een toevoeging zou bieden in vergelijking met andere manieren van voortplanting, zoals een IVF behandeling. En wie zou er nou serieus een kloon willen van zichzelf?
Klonen in het kort:
Wanneer een eicel en een spermacel versmelten, dan heeft men een nieuwe cel met dubbel DNA (DNA zijn de eigenschappen). De helft van de eigenschappen van moeder en de helft van de eigenschappen van vader. Zo’n nieuwe cel zit in de eierschaal van mama’s eitje (te vergelijken met het eigeel in een kippenei, alleen is de menselijke eierschaal heel dun en zacht).Wetenschappers zijn erachter gekomen dat wanneer je deze nieuwe cel (het menselijke eigeel) uit de eierschaal haalt en er een andere cel in steekt, dat deze andere cel plots gaat groeien en vermenigvuldigen en een baby vormt.