Snap
  • Kind
  • #pesten
  • mijnpestverhaal

Pesten is écht geen spelletje

Mijn pestverhaal

Het is alweer even geleden dat ik hier iets gepost heb. Met een gebrek aan energie en inspiratie is het lastig schrijven. Na een oproep op Facebook heb ik die inspiratie wel. In deze 'Week Tegen Pesten' deel ik graag mijn verhaal met jullie.

Nog elke dag ondervind ik de gevolgen van mijn pestverleden. Nog elke dag moet ik dealen met een enorm minderwaardigheidscomplex. Nog altijd voel ik me altijd en overal de minste, voel ik me niet de moeite waard en ben ik bang. Bang dat mijn kinderen aangekeken worden op wie ík ben. Want na 10 jaar lang gepest te zijn en daarna nooit aansluiting hebben kunnen vinden, is er veel kapot. Heel veel. 

Mijn verhaal

Laat ik voorop stellen dat Hannah Marleen niet mijn echte naam is. Mijn echte naam (met bijbehorende details) zal ik in dit verhaal ook achterwege laten. De herkenbaarheid blijft een dingetje. Het echte pesten begon rond mijn  zesde jaar. Ik was een eenling en graag op mezelf. Leefde in mijn eigen wereld. Jaren later, op mijn 38e zou blijken dat hier een Autisme Spectrum Stoornis aan ten grondslag lag, maar dat wisten we toen nog niet. Ik was een makkelijk slachtoffer, want voor mezelf opkomen deed ik niet. Ik kroop liever weg in een hoekje en wenste dat ik onzichtbaar was. Het hielp niet, want ook in mijn hoekje wisten ze me te vinden. Scholden ze me uit en sloten ze me buiten als ik wel mee wilde doen. Toen ik op mijn negende naar een andere woonplaats verhuisde, hoopte ik op een nieuwe start. Hoe eng die nieuwe kinderen ook waren, ik zag het als een nieuwe kans, omdat ze mij ook niet kenden. In het begin ging het best goed, maar al snel was ik ook hier de pispaal. Nu erger dan ooit. Werkelijk alles werd als excuus gebruikt om mij te pesten. Mijn naam, het werk van mijn vader, mijn kleren, mijn gedrag: ik kan het zo gek niet bedenken of ze wisten me ermee te raken. Het ergste waren die gymlessen, en dan vooral het groepen kiezen. Niemand wilde mij in het team en ik bleef steevast als laatste over. "Nemen jullie Hannah maar", werd dan gezegd. "Die willen wij niet". 

Thuis hoefde ik niet op veel begrip te rekenen. Mijn vader zei doodleuk: "dan zal het wel aan jou liggen". Thuis kreeg ik niet echt de basisbeginselen mee van persoonlijke hygiëne, ook dat werd tegen me gebruikt. En ik was nog steeds graag op mezelf. Dus ja, misschien lag het wel aan mij. Gaandeweg ging ik dat meer en meer geloven. 

Op de middelbare school hoopte ik opnieuw op een nieuwe start, maar al snel bleek dit ijdele hoop. Er gingen natuurlijk meerdere klasgenoten van de basisschool naar de zelfde middelbare school, dus een nieuwe start zat er niet in. Het pesten werd juist alleen maar erger, want ook nieuwe klasgenoten deden mee. Op school lieten ze mijn banden leeglopen. Op straat werd ik bespuugd en in elkaar geslagen. Ik had nergens nog het gevoel veilig te zijn. Altijd en overal was ik op mijn hoede. Ik was er inmiddels van overtuigd dat het aan mij lag. Waarom was ik anders altijd en overal aan de beurt?

Toen ik na de middelbare school een vervolgopleiding ging doen, ging het pesten gelukkig over. Maar doordat ik nooit had geleerd hoe het wel hoorde, vond ik nergens aansluiting. Nog steeds had ik het gevoel niet de moeite waard te zijn, dat ik er niet toe deed en er net zo goed niet kon zijn. Niemand zou me missen. 

De gevolgen

De gevolgen zijn heel ingrijpend geweest. Op een gegeven moment was ik er van overtuigd dat de wereld beter af was zonder mij. Ik was toch maar waardeloos. Veel verder wil ik er niet op in gaan, dat is nog te confronterend. Feit is dat ik door de jaren heen heel wat hulpverleners heb gezien. En binnenkort staat me opnieuw een pittig traject te wachten om aan mijn zelfbeeld te werken. Want mijn zelfbeeld is totaal naar de maan. En dat beïnvloedt mijn leven drastisch. Ik ben altijd en overal bang niet te voldoen. Bij het hek op school sta ik alleen, want wie zit er nu op een gesprek met mij te wachten? Ik werk niet, omdat ik dat niet trek. Ik ben te onzeker, waardoor ik steeds instort. Dit heeft me al meerdere banen gekost, waardoor de angst voor (en het risico op) een nieuwe afwijzing te groot is. Het heeft me vriendschappen gekost, omdat ik mezelf niet de moeite waard vond als vriendin. En het beïnvloed me in de opvoeding van mijn kinderen. Ik ben doodsbang dat zij op mij afgerekend gaan worden. Bang dat hun hetzelfde lot beschoren is. 

En toch neem ik mijn pesters van vroeger niks kwalijk. Als ik alle feiten op een rijtje zet, was ik nu eenmaal een makkelijk slachtoffer en kinderen zijn bikkelhard. Dit hadden zij ook niet kunnen overzien in de tijd dat zij het pesten vooral als een leuk spelletje zagen. Maar de gevolgen zijn alles behalve een spelletje.