In het diepe springen: zwemles
Op het moment van schrijven tuur ik naar een televisieschermpje waarop zeven kinderen vol goede moed het water induiken om door het ‘gevreesde’ gat te zwemmen. Eén van die kinderen is onze oudste zoon. Met natte haren en dezelfde zwemoutfits lijken al die kinderen op elkaar maar door zijn ietwat onbehouwen gestuntel in het water herken ik hem uit duizenden. Zwemles. Lang voor ons zwemavontuur begon had ik de beruchte verhalen al gehoord. Zwemles was, als ik die verhalen moest geloven, vooral afzien voor de ouders. Een moetje. Onmogelijke lestijden. Het zwembad te warm en te lawaaierig en het duurde standaard veel te lang voor de kinderen eindelijk hun diploma haalden. Desondanks keken wij er naar uit. “Ik kan al wel zwemmen”, legde hij uit wanneer zwemles ter sprake kwam. We waren immers al een aantal keer naar het zwembad geweest. Echt nodig waren die lessen in zijn ogen niet maar leuk zeker wel. Die eerste les zou hij vast met een salto het water in springen en in het diepe duiken. Ik kan je vertellen: dat liep toch iets anders. Vooraf was ik vooral bezig was met hoe het voor hem zou zijn: Zou hij het leuk vinden? Heeft hij enige aanleg of heeft hij de motoriek van zijn moeder geërfd? Nooit had ik bedacht dat het ook voor mij een enerverende ervaring kon worden. Viel dat even tegen. Ook ik sprong dee eerste les in het diepe. Niet om te leren zwemmen maar om te leren loslaten.
"Klaarblijkelijk had niet alleen de oudste vooraf wat last gehad van gezonde spanning…"
De eerste helft van zijn eerste les mochten de ouders aan de rand van het bad meekijken. De tweede helft zouden wij op de gang, via een beeldscherm, verder kijken. Ik had er niet op gerekend dat wij het bad mee in mochten. Aangezien ik ook de jongste mee had spoedde ik mij bepakt en bezakt met zwemtas, luiertas en maxicosi de zaal in. Met een rood hoofd nam ik plaats naast twee andere moeders op een veel te krap bankje. Net toen ik de fles wilde klaarmaken om de kleine zoet te houden, ontdekte ik dat ik de melkpoeder was vergeten. Klaarblijkelijk had niet alleen de oudste vooraf wat last gehad van gezonde spanning… Nog voor de warmte van het zwembad z’n werk kon doen brak mij het zweet al uit. Dit zou een lange les worden.
"Mijn buik kromp ineen wanneer ik zag dat hij het moeilijk kreeg"
Zwemles leek in niets meer op de zwemles van weleer. Wat nou pierebadje? Zwemvest aan en gaan. Gelijk in het diepe. Geen kurkjes, geen haak. Hup met de juffen het bad in. Ondanks zijn vestje had onze zoon grote moeite zijn koppie boven water te houden. Iedere keer als zijn neus vol water liep proestte hij het uit. Wat was hij bang. Zo had hij het zich overduidelijk niet voorgesteld. Mijn buik kromp ineen wanneer ik zag dat hij het moeilijk kreeg. De paniek was bij momenten in zijn ogen te zien. Wat voelde ik mij machteloos. Ik moest mijn kind voor het eerst echt loslaten, maar wel meteen in een bad vol water waar hij theoretisch gezien in zou kunnen verdrinken. “Jij gaat de zwemlessen doen want dit kunnen mijn zenuwen niet aan. Hij is te angstig en ik kan dat niet goed aanzien” appte ik mijn partner nog voor het eerste half uur voorbij was.
"Ik was mij enorm bewust van mijn eigen angst die op dat moment mijn beeld kleurde".
Na de pauze werden wij verbannen naar de gang. Ik probeerde zowel mijn spanning als mijn opluchting voor hem te verbloemen en moedigde hem nog even aan. “Wat doe je het goed! Wat knap van je!”. “Van proberen kun je leren”, zei hij dapper maar twijfelachtig. Vanaf een oncomfortabel kleuterbankje keek ik verder, ondertussen mijn onrustige dochter de borst gevend. De knoop in mijn maag werd strak aangetrokken toen ik via het beeldscherm zag hoe één van de juffen, een kranig type, zijn hand pakte, een paar voor ons onverstaanbare woorden sprak en hem zo van de kant het water in trok. Proestend kwam hij boven en klemde zich aan haar vast. Ik was mij enorm bewust van mijn eigen angst die op dat moment mijn beeld kleurde. Wie weet had ze wel heel lief tegen hem gesproken. Maar zo van een afstandje, zonder geluid, leek het toch echt gewoon alsof ze mijn kind probeerde te verdrinken.
"Zwemles, mijn hobby zal het inderdaad niet worden".
Wat waren we allebei blij toen de les voorbij was. We hadden onze vuurdoop gehad. En wat voor één… Inmiddels zijn we heel wat weken verder. Dit weekend mocht ik voor het eerst weer komen kijken (lang leve corona…). Wat heeft hij een sprongen gemaakt, letterlijk en figuurlijk. De salto’s die hij de eerste les al dacht te maken maakt hij natuurlijk nog steeds niet. Maar hij zwemt zonder zwemvest, duikt door gaten en springt, inmiddels zonder z’n neus dicht te knijpen, in het diepe. Een waterrat zal het nooit worden ben ik bang. Hij heeft toch echt mijn motoriek geërfd. Krijgt hij een opmerking over z’n benen dan raken spontaan ook zijn armen in de war. Maar wat een doorzetter en wat een ontwikkeling. Ook ik heb grote sprongen gemaakt. Zonder buikpijn en vol trots kijk ik nu naar ons kleine mannetje in dat grote bad. Zwemles, mijn hobby zal het inderdaad niet worden, maar om heel andere redenen dan ik vooraf ooit had kunnen denken.
Met enige regelmaat deel ik blogs via mijn eigen site www.ishetalzevenuur.nl en hier op mamaplaats. Ik schrijf over onze belevenissen als gezin met drie jonge kinderen én over mijn eigen weg terug van een burnout. Wil je meer lezen? Kijk dan op mijn site of volg mij via instagram www.instagram.com/is_het_al_zeven_uur