Communicatie met je peuter.
Geregeld vraag ik aan June of haar oren kapot zijn, waar zij dan op antwoord dat dit echt niet zo is. Ik denk dat alle ouders dit wel herkennen. Peuters die maar ‘selectief’ kunnen luisteren. Zo ook hier. Hoe communiceer je nou het beste met je peuter? En wat zijn de trucks. Ik vertel het jullie hier!
Peuters die selectief luisteren. Wij hebben ze allemaal. June kan mij ook zo lekker schaamteloos negeren. Als zij ergens geen zin in heeft, doet ze het ook echt niet. Ik zeg wel eens gekscherend of June’s oren misschien kapot zijn. Maar wat is nou een effectieve methode om te communiceren met je peuter? Ik zocht en probeerde het uit!
Communicatie met een peuter is ontzettend belangrijk. Zowel verbaal en non-verbaal. De lichaamstaal van een ouder kan een peuter ook al goed lezen. Er gaat verschrikkelijk veel rond in het koppie van een peuter. Ze zijn ontzettend nieuwsgierig, willen weten wáárom er iets gebeurt en hoe dingen in elkaar steken. Praten gaat steeds beter en ze beginnen je de oren van het hoofd te kletsen. Ontzettend gezellig natuurlijk! Maar wat is nou de effectiefste manier om te communiceren. Ik heb gemerkt dat wanneer ik in de keuken sta en iets vraag aan June die in de kamer zit, dit niet aan komt. De afstand is te groot. Zij hoort mij wel, maar neemt niet op wat ik haar vraag. Wat zijn nu de truckjes?!
Een kind communiceert met veel met zijn lichaam, dus de lichaamstaal van je kind kennen is een groot goed. Dat scheelt al zoveel. Dan zie je wat je kind eigenlijk wilt zeggen.
Verder is de manier van vragen stellen ontzettend belangrijk. Het is eigenlijk doodsimpel. Stel open vragen. Net zoals je dit bij volwassenen doet. Stel je gesloten vragen krijg je een simpel ja of nee terug. En dat is nou soms net niet wat je wilt, dus stel vragen waar ze écht antwoord op moeten geven. Wel is het natuurlijk zo dat je geen ingewikkelde vraagstukken aan je peuter moet voorleggen. De vuistregel is simpel, kleine kinderen zijn korte gesprekken. Hoe ouder het kind wordt, hoe langer je een gesprekje kan voeren. Want zoals je misschien zelf wel ervaart met je peuter is de spanningsboog precies zo’n twee seconde.
Wat ook belangrijk is dat je luistert naar je kind, wilt hij of zij niet, dan niet. Het werkt niet om door te drukken. Laat het voor wat het is. Wat heel belangrijk is, is dat je korte zinnen gebruikt. Géén foutieve zinnen of te makkelijke zinnen. Daar gaan wij als ouders nog wel eens de mist in. Want wij neigen om ‘mee te praten’. Maar daar leren ze niet de juiste zinnen van. Maar constant verbeteren schijnt ook niet goed te zijn. Maar hoe dan wel. Bijvoorbeeld als je kind zegt; “Mama, toet toet kijk daar weg!” Dan kun je bijvoorbeeld zeggen; “Ja mama ziet het, een auto die rijdt op de weg!”
Verder is het voor een kind fijn om de houding van het kind over te nemen. Dus verlaag je tot zijn niveau, ga op de knieën zitten of zelf iets lager. Dat stimuleert het zelfvertrouwen en het zegt dat je interesse hebt in zijn of haar wereldje. Verder zijn kinderen dol op herhaling. Dus het maakt niet uit dat je vaak hetzelfde gesprekje hebt, of dezelfde dingen herhaalt. Door herhaling leert ’t kind. Verder is het belangrijk om een goed moment uit te kiezen om een gesprekje te voeren met je kind. Het heeft weinig zin om dit te doen wanneer je kind druk aan het TV kijken is of aan het spelen. Een kind kan moeilijk zijn aandacht verdelen en gaat vaak op in de dingen die zij aan doen zijn. Denk aan dat een kind heel gebiologeerd TV kan kijken of helemaal op kan gaan in zijn spel. Dus knoop een gesprekje aan tijdens het eten, of het dagelijkse ‘thee momentje’. Maak daar ook echt tijd voor. Niet vlugvlug tussen neus en lippen door.
Maar wat als je kind even niet mee wil werken, in een driftige fase is of géén lekkere dag heeft. Hoe dring je dan door?! Hoe laat je dan je lieve peuterpuber luisteren. Ook hier heb ik een aantal truckjes voor.
Te veel nee werkt frustrerend. En eigenlijk is dat ook weer heel logisch. Ga jezelf maar eens na, als je zelf de hele dag nee hoort, raak je ook gefrustreerd. Zo ook een kind. Ook al is het heel verleidelijk om dit wel te doen. Om vaak nee te zeggen. Maar voor je het weet ben je van moeder een soort politieagent geworden. En daar zit geen enkele ouder op te wachten. De gezelligheid is op zo’n moment ook ver te zoeken. Gebruik bijvoorbeeld; “Ja of stop.” In plaats dat je zegt; “Niet zo gillen!” Zeg je bijvoorbeeld; “Praat is rustig” of; “Stop is met gillen, praat is rustig, dan kan mama je beter verstaan.”
De sleutel is om vooral rustig te blijven. Twee gillende personen in één ruimte werkt niet. Dus bewaar je rust en wees consequent. Vooral niet toegeven aan gegil en dwars gedrag van je kind. Want uiteindelijk help je, je kind daar juist mee. Een kind heeft regelmaat nodig. Uiteindelijk waarderen ze dat juist. Vroeger vonden wij onze ouders ook wel eens stom, nu je ouder bent of zelf ouders bent, zie je de waarde daar écht wel van in. Geef aan wat je wél wil. Net zoals ik eerder al beschreef, constant nee werkt niet. Dus zeg wat je wel wil van je kind. Dat het bijvoorbeeld rustig praat of als ze geen koekje mogen, vertel je dat ze bijvoorbeeld wel fruit mogen. Laat ze dan kiezen; “Je mag geen koekje, je mag wel fruit! Wil je een banaan of een appel.” Vaak kom je daar wel mee weg. Het is géén tover volume, wellicht het proberen waard! Misschien wil je kind zelf ’s morgens zijn outfit bepalen. En wij weten allemaal dat dit vaak niet heel erg modieus is. Misschien kun je zelf twee setjes maken en laat je kind uit die twee setjes kiezen. Zo geef je, je kind inspraak en controle binnen jouw kaders.
Wat met stipt op nummer één komt, niet alleen in deze materie, maar eigenlijk in alles, kom je beloftes na. Ook bij je kind, juíst bij je kind. Dat geeft het kind vertrouwen én leert om dit zelf ook te doen.
Kinderen praten met hun lichaam, maar jij ook. Kinderen zijn meesters om lichaamstaal bij hun ouders te lezen, dus laat deze lichaamstaal ook overeenkomen met de boodschap die je wilt brengen. Zo raakt het kind ook niet in de verwarring. En geef je kind de tijd. Geef het de tijd om de boodschap je verwerken. Om de boodschap even te laten landen. Vraag je bijvoorbeeld aan je kind om zijn schoenen op te ruimen wanneer deze heel druk aan het spelen is, moet je niet verwachten dat deze stand te pede op staat om dit te doen. Voor kinderen is het heel moeilijk om dan te stoppen met hun spel. Dus geef ze even de tijd.
En als laatste, waardeer wanneer je kind wél luistert. Spreek dat ook uit. Wees realistisch wat je verwacht van je kind. Hoe wijs en groot ze ook kunnen lijken, vaak zijn ze nog klein. Het zijn geen robots. Kinderen zijn eigen persoontjes, met hun mooie eigenschappen en hun mankementen. Laat dat zo. Schat realistisch in wat je van je kind kunt verwachten.
Al deze voorbeelden die ik bovenstaand heb gegeven heb ik zelf ook in de praktijk toegepast. Hoe simpel sommige dingen ook zijn, het werkt. Sommige dingen kosten tijd. Tijd om het jezelf aan te leren, het vergt discipline voordat het werkt. Maar het is het waard.
Hoe communiceer jij met je peuter/ kleuter?!
Bedankt voor het lezen!
Liefs,
Jamie-Lee.