Moedergevoelens in uniform
Het is een mooie zomerse dag, ik breng mijn zoontje met veel tegenzin naar de opvang en rijd naar het politiebureau.
Ik trek mijn uniform aan en begin aan mijn avonddienst. Het duurt niet lang voordat ik en mijn collega een melding krijgen, een melding die je liever niet dan wel hoort. We worden met spoed gestuurd naar een vermissing in het water. Mijn collega en ik kijken elkaar aan en beseffen ons dat het goed om een kind zou kunnen gaan. Doodstil is het in de auto. We zijn er gelukkig al snel. Geen kind krijgen we te horen, geen kind! Het is misschien een gekke gedachte, maar ik voel toch ergens opluchting. Tot mijn frustratie is het te gevaarlijk om het open water in te gaan en te gaan zoeken, daar sta ik dan. Het lijkt eindeloos te duren tot de duikers er zijn. Als ze er eindelijk zijn gaan de duikers al snel het water in en ik houd me bezig met de omstanders.
Het is erg druk op het bijhorende strandje en grasveld, het nieuws gaat als een lopend vuurtje en tot mijn verbazing wordt het alleen maar drukker. De zogenaamde "ramptoeristen" komen vanuit alle hoeken en gaten om vervolgens veel te dichtbij te gaan staan. Vriendelijk verzoek ik de mensen achter de linten te gaan staan. Dan val jij me op, lief jongetje. Ik schat je een jaar of 4. Je bent lief aan het spelen in het zand en je mooie blonde krullen wapperen in de wind. Ik zie dat je met je vader bent en ook al heb ik eigenlijk geen tijd leg ik jou vader uit wat er aan de hand is, je bent immers zo lief aan het spelen. Ik vraag jou vader om samen met jou een stukje naar achteren te gaan. Ik krijg tot mijn verbazing een grote mond van jouw vader, uiteindelijk kiest hij toch eieren voor zijn geld en gaat met duidelijk veel tegenzin nét achter het lint staan samen met jou.
Ik kan het niet loslaten. Er wordt straks waarschijnlijk iemand gevonden en uit het water gehaald, je staat daar vooraan samen met je vader. Deze kant van het leven hoor jik toch nog helemaal niet te zien? Ik ga er maar even vanuit dat jouw vader het misschien verkeerd heeft begrepen, misschien verstond hij niet wat er aan de hand is en loop nog een keer naar jullie toe. Ik vertel jouw vader weer dat er een grote kans is dat er een levenloos lichaam uit het water gehaald wordt en dat dit heel schokkend kan zijn met name voor jou. Weer krijg ik van jouw vader een grote mond, ik krijg te horen dat ik me er niet mee moet bemoeien. Ik besluit het naast me neer te leggen en ga verder met mijn werk.
Er gaat enige tijd overheen, soms kijk ik nog even naar je. Dan zie ik jou lief jongetje. Je staat nog steeds op dezelfde plek met je vader. Er komen steeds meer hulpverleners aan, politie, ambulance en ook de brandweer. Je ogen stralen en je lacht als er weer een auto met sirene en verlichting aan komt rijden. Even heb ik spijt dat ik jou vader heb aangesproken, en dat ik me er zo nodig mee moest bemoeien. Jouw vader kent jou immers veel beter en even heb ik vertrouwen in je vader..
Ik hoor de duikers vanuit het water roepen dat er een persoon gevonden is. De duikers halen een bleek levenloos lichaam aan de kant. Het lichaam wordt op de grond gelegd en de artsen beginnen gelijk met reanimeren. Voordat ik mij bij mijn collega’s voeg kijk ik toch nog even.. ik kijk of jou vader nu dan heeft besloten weg te gaan. Ik krijg koude rillingen en slik als ik zie dat jij en je vader er nog staan. Jouw vader heeft je zelfs op zijn nek gezet, kennelijk om het nog beter te kunnen zien. Je ogen stralen niet meer, maar hebben plaats gemaakt voor grote verschrikte ogen. Je lacht niet meer, je kijkt met open mond naar wat er recht voor jouw neus gebeurd. Als het slachtoffer wordt afgeschermd zie ik dat jou vader besluit dan toch weg te gaan, te laat..
Na afloop halen ik en mijn collega een makkelijke maaltijd, onze boterhammen zijn er na uren in een warme auto niet beter op geworden. Ook al heb ik heb totaal geen trek, besef ik me dat ik toch iets moet eten. Als we bij de kassa staan te wachten is het al tegen etenstijd. Voor ons sta jij, moeder, met je twee prachtige kinderen. Een zoontje van ik schat een jaar of zes en een dochtertje van ongeveer drie jaar oud. Jouw kinderen ruziën over wie de spullen op de band mag leggen, en je dochtertje zo klein als ze is, geeft het niet op tegen haar oudere broer. Ik moet er van binnen wel om lachen en geniet eigenlijk na een nare melding wel van deze kinderlijke onschuld, wat een pittig meisje. Maar jij bent het zat, ik kan het ergens wel begrijpen hoor na een lange zomerse dag. Wat jij daarna doet begrijp ik alleen niet. Ik zie dat je jouw kinderen vast pakt, en je wijst naar ons. Ik hoor wat je tegen je kinderen zegt, niet alleen ik maar iedereen in de rij kan het horen. "Als jullie nu niet luisteren moeten jullie met de politie mee en stoppen ze jullie in een cel" Tot mijn verbazing richt je je tot ons en vraag je aan mij "ja toch politie?”. Uw zoontje kijkt mij inmiddels verschrikt aan en ik zie dat hij met moeite zijn tranen weg probeert te slikken, wat uw dochtertje niet is gelukt en ik zie dat ze hysterisch is gaan huilen. Ik probeer nog lief naar je kinderen te lachen maar het leed is geschiet. Ik en mijn collega reageren niet en u kijkt ons enigzins verontwaardigd aan. Wat dacht u dan, dat wij er aan meewerken hoe u uw kinderen bang maakt? Van binnen kook ik, dit is al de zoveelste keer. Ik slik met veel moeite mijn woorden in en kies er voor zonder iets te zeggen weg te lopen.
Mijn dienst kan niet veel beter meer worden. Ik duik achter de computer en rijdt na afloop van mijn dienst naar huis. Ik loop nog even naar het kamertje van mijn zoontje. Daar ligt hij, zijn kleine warme lichaampje diep in rust. Ik geef hem een kus en fluister dat ik hoop dat hij een leukere dag heeft gehad vandaag.
Papa’s en mama’s, zullen we onze kinderen nog even kind houden in deze steeds harder wordende wereld. Laten we onze kinderen nog even beschermen voor het leed en verdriet. Wij zijn één van de weinige landen waarin we dit nog kunnen bieden. Laten we deze kans met beide handen grijpen. Laat ze nog even in de waan dat sprookjes bestaan en de politie en brandweer helden zijn, ook al heeft u een andere mening. Stel dat ze een keer hulp nodig hebben, bij wie moeten ze dan terecht als ze denken dat ze meegenomen worden?
Laat ze nog even, ze worden al zo snel groot..
cin.dy
Bedankt voor je reactie! :)
ESO
Wat een goede blog! Ben het helemaal met je eens!