Mama in tijden van Corona 3
Brief aan mijn zoon
Lieve Tristan,
lieve, lieve Tristan. Vandaag zag ik je weer even. Mijn zoon! Mijn lieve, vrolijke zoon, vandaag was het er weer even. Voor mijn gevoel is de laatste keer al maanden geleden, terwijl het het hooguit een paar weken is.
Vandaag zag ik je weer even, zonder dat het draakje in je hoofd (zoals je het zelf zo mooi noemt) de regie nam. Dat kleine draakje, dat zo veel sterker is dan jij zelf. Dat kleine draakje dat alles zo moeilijk maakt.
Ik ken dat draakje nog wel. Vroeger, toen jij nog kleiner was, was die draak er vaak. Héél vaak. Bijna elke dag zat dat draakje in je hoofd en maakte je boos. Maakte je onredelijk. Maakte je zo veel dat jij niet was. En bent. Op de gekste momenten was hij daar. Bij het opstaan. Tijdens het spelen. Bij de bakker. Tijdens het wandelen. Bij het naar bed gaan. Zodra het even moeilijk werd, nam dat draakje de overhand. We besloten al snel dat het zo niet langer kon, dus we gingen aan de slag. We gingen het gevecht tegen het draakje aan. Wij samen, jij en ik. En samen versloegen wij de draak. Het duurde even, maar bij elke slag werd het draakje zwakker en wij sterker. Totdat wij durfden te zeggen: "wij hebben gewonnen". De draak bleef weg.
Tot een paar weken geleden. Tot Corona jouw leven op zijn kop zette. Tot Corona ervoor zorgde dat je niet meer naar school mocht. Niet meer mocht sporten. Je vriendjes niet meer kon zien. Opeens was thuis niet meer alleen maar thuis, maar ook jouw school. Bijna alle fundamenten werden weggeslagen. Dat was het moment dat het draakje zijn kans schoon zag. Hij had jouw zwakke moment gevonden en sloeg genadeloos terug. BAM! Met ferme stappen en klappen kwam hij weer in ons leven.
De laatste weken is alles weer een strijd. Draakje is altijd en overal aanwezig. Als je moet rekenen. Als je moet schrijven. Taal slaat hij ook nooit over. Als een inmiddels volleerde draak neemt hij je hoofd weer over.
Maar weet je, lieve jongen? Ik kan het je niet kwalijk nemen. Ik zie dat jij dit ook niet wilt. Ik zie dat je het moeilijk hebt. Ik zie je worstelen. Met jezelf, met het draakje. "Ik wou dat Corona er niet was", zeg je elke avond tegen me. En elke avond opnieuw ben ik het volledig met je eens. Ik wou ook dat Corona er niet was.
Je weet echt wel dat Corona meer is dan niet mogen sporten en niet naar school mogen. Dat mensen ziek worden van Corona. Dat mensen dood gaan aan Corona. Dat je blij mag zijn dat wij gezond zijn. Dat opa en oma gezond zijn. Want je bent immers al 6. Maar toch, jouw wereld staat op zijn kop. En voor jou is dat erg, heel erg. Want je bent immers pas 6.
En toch, lieve Tristan, ben ik blij. Blij dat je je thuis nog steeds veilig genoeg voelt om je te uiten. Blij dat dat fundament nog steeds overeind staat. En ik beloof je, dat fundament blijft overeind. 'Samen kunnen wij dit aan', staat op het planbord in de woonkamer. Daar ben ik nog steeds van overtuigd. Samen kunnen wij dit aan. We zijn samen al zo ver gekomen, we laten ons niet kisten door een virus! Want ook dit gaat voorbij.
En tot die tijd? Tot die tijd hou ik me vast aan deze dagen. De dagen waarop je even weer jou bent.
Veel liefs,
Mama!