Hoe? Met jouw peuter harmonieus de deur uit

Ik wil een peuter die meewerkt tijdens aankleden!

Hoe zorg ik voor een harmonieus gevoel bij mijzelf en mijn peuter, tijdens het klaar maken om de deur uit te gaan?

Lees hier de tips om een team te vormen met jouw peuter, op het moment van de deur uit gaan.

Peuters doen graag alles zelf, accepteren moeilijk hulp, zijn niet zo snel in het aankleden en horen niet zo graag het woord ‘nee’ van hun ouders.

Toch willen wij als ouders op sommige momenten opschieten om de deur uit te komen. We zijn laat, schiet op!

Helaas reageren peuters hier vaak op door nog langzamer te zijn, of worden ze boos/driftig waardoor het nog langer duurt om de deur uit te komen.

I. Het belangrijkste is, word niet boos, heb geduld, engelengeduld. Dit zal je het verst brengen met jouw peuter. Naarmate je meer kennis hebt over hoe je deze situatie kan aanpakken zal jouw trukendoos groeien.

II. Neem de tijd voor de deur uit gaan. Plan het zo dat je een kwartier of een halfuur eerder klaar bent dan dat je eigenlijk de deur uit hoeft. Zo zal je vaker op tijd klaar zijn. Tijd is de grootste vijand.

III. Zorg dat je jezelf eerst klaar maakt voordat de kinderen beginnen. Hierdoor zal je zelf wat rustiger zijn, doordat je niet hoeft te multitasken tijdens het aankleden van jouw peuter.

IV. Vertel jouw peuter vooraf wat er komen gaat. Zeg ‘We gaan zo met de auto weg, je kan nog even spelen en daarna mag je jouw schoenen en jas vast gaan pakken uit de gang’.

V. Zorg dat de spullen van jouw peuter ( jas, schoenen, laarzen etc.) voor het kind zelf te pakken zijn, wanneer het eraan toe is.

VI. Een peuter doet graag alles zelf, laat ze dat doen, ook al kost het tijd.

VII. Vraag jouw peuter om jou te helpen met zijn of haar kleding aan te trekken. Jou helpen is toch anders dan zelf doen of laten doen. Hier zullen ze vaker aan meewerken.

VIII. Laat jouw peuter fantasie hebben in het proces. Op welke manier ze zich aankleden maakt niet uit, als ze er maar mee bezig zijn.

IX. Luister naar jouw peuter, ze vertellen hoe ze iets gaan aanpakken.

X. Leer jouw peuter zichzelf aan te kleden door lichte ondersteuning te bieden bij dingen die ze nog niet zelfstandig kunnen.

XI. Prijs jouw peuter na elke handeling en bij elke poging die het kind doet.

XII. Lukt een handeling niet die eerder wel al lukte? Het kind doet dit niet expres, het kind heeft extra hulp nodig van jou als ouder. Ondersteun waar nodig.

XIII. Gun ze ruimte om te ontdekken en zich te ontwikkelen. Het is een proces.

XIV. Maak geen gebruik van het woordje ‘Nee’. Vertel dat je snapt wat ze willen en waarom het beter of makkelijker is om het anders te doen.

XV. Geef een peuter twee keuze mogelijkheden. Hierdoor zijn ze geneigd om een keuze te maken van deze twee mogelijkheden en vergeten ze dat de mogelijkheid om iets helemaal niet te doen, er ook is.

XVI. Stel pas laat grenzen. Pas als ze niet willen meewerken en aanmoediging en geduld hebben nog niet geholpen.

XVII. Zorg dat je de grens die je maakt, ook bewaakt. Wanneer je zegt ‘Dit is de laatste keer dat ik het vraag, daarna doe ik jouw schoenen aan bij jou’. Pak dan door en doe wat je zegt. Hierdoor weet het kind waar het aan toe is als je dat zegt en zal het ook sneller luisteren omdat je het meent. Word niet boos in deze handeling, wees duidelijk en pak door. Daarna vertel je waarom je de schoenen aan hebt gedaan en ga je op een rustige toon verder.

Maak een uitstapje met jouw peuter weer gezellig zodat iedereen er van kan gaan genieten. Een driftbui hoeft er niet voor te zorgen dat alles rot is aan dat uitstapje. Neem de tijd voor de driftbui, Laat het kind zijn emoties uiten, praat met elkaar en ben er voor elkaar. Het kind heeft jouw liefde en aanwezigheid nodig.

Liefs lieflevenleonie