Snap
  • #prematuur
  • couveusekindje
  • bloedtransfusie
  • keizersnede

Bevallen met 31 weken..

9 weken later, op de uitgerekende datum mocht Sem mee naar huis.

De eerste dagen na de bevalling moest ik in het ziekenhuis blijven vanwege de keizersnede. Ik op de verloskundige afdeling en Sem op de NICU. “Even” naar Sem of hem vasthouden was er niet bij. Dat was een hele operatie, om van de ene naar de andere afdeling te komen met bed en al. Spontaan zou de komende weken niet in ons woordenboek voorkomen. 

Na drie dagen mocht ik het ziekenhuis verlaten. Zonder Sem.. Wat heb ik gehuild toen we wegreden en het grote ziekenhuis achter ons lieten. Ons kleine mannetje, helemaal alleen in zo’n groot ziekenhuis. Zo voelde het althans. 

Na een week was Sem zo stabiel dat hij naar het Hofpoort ziekenhuis in Woerden mocht. Wij woonde toen der tijd in Harmelen. De afstand tussen ons huis en het ziekenhuis was ongeveer 10 minuten. Wij werden pas gebeld toen Sem al in de ambulance onderweg was. Weer konden we er niet voor hem zijn en konden wij hem niet laten voelen en horen dat hij veilig was. Wisten we toen maar hoe belangrijk de hechting is tussen een ouder en het kind. Vooral die eerste paar weken. 

Eenmaal aangekomen in Woerden kwam Sem op de high care afdeling (couveuseafdeling). Hier leek alles veel gemoedelijker, huiselijker en lichter. Alleen de piepjes en geluidjes bleven hetzelfde. Hierdoor was het buidelen ook nooit echt heel relaxt. Er ging altijd wel een alarm af. Al was het vaak die van Sem. Hij had er nogal een handje van om te stoppen met ademen. Wat fijn dat er dan zo’n alarm af gaat. Even onder de voeten kriebelen en dan deed hij het weer. Ik schrijf het nu zo luchtig, maar het was ontzettend stressvol. Elke ochtend waren we weer blij dat we niet gebeld waren door het ziekenhuis en dat Sem een goede nacht gehad had. Want slapen, dat kon en kan hij als de beste. 

De eerste week was pittig. Ik was nog steeds aan het herstellen van mijn keizersnede en Danny moest weer naar zijn werk. Omdat ik zelf niet mocht autorijden en nog slecht ter been was, hielp Danny mij ‘s ochtends uit bed en bracht mij, met een koeltas vol melk, naar het ziekenhuis. Daarna reed hij weer terug naar zijn werk. Danny was toen echt een duizendpoot en ontplooide zich van taxichauffeur tot kok en verpleegkundige tegelijk. En ‘s avonds zat hij weer in het ziekenhuis om met Sem te buidelen. 

De weken gingen voorbij en ik spendeerde mijn dagen met kolven, buidelen en Sem verzorgen.  Ik heb veel baby’s zien komen en ook weer zien gaan. Wat was het frustrerend dat Sem maar niet echt vooruit leek te gaan. Sem bleef zich verslikken tijdens de voeding. Hierdoor werd hij zo moe dat hij is slaap viel en de rest van de voeding weer door de sonde kreeg. Uiteindelijk werd besloten dat Sem een bloedtransfusie nodig had. En dat had hij. Sem kreeg weer kleur en was veel alerter en wakker. En ‘s nachts trok hij zijn sonde er voor de zoveelste keer uit. Alsof hij wilde laten zien, ik kan zonder! En dat lukte hem. Een week na de bloedtransfusie en op de uitgerekende datum, mocht Sem mee naar huis. Wat vonden we dit spannend. Geen dokter meer in de buurt en geen knopje meer waar we op konden drukken als we een vraag hadden. Maar met het volste vertrouwen gingen wij naar huis. Eindelijk met z’n drieën! En waar die negen weken gebleven zijn en hoe we het gedaan hebben.. Het is soms maar goed dat dit soort dingen naar de achtergrond verdwijnen. 



1 jaar geleden

Weer mooi verwoord