Hét RS virus, je moedergevoel heeft altijd gelijk
Het signaal dat je niet mag missen
Het RS-virus. Ineens is het overal, en ik kan je vertellen: ik heb het van dichtbij meegemaakt. Twee keer. En nee, je gaat niet zomaar door als je baby koorts heeft. Laat me je vertellen wat ik hiervan leerde.
In 2022 begon het met Lou toen hij baby was. Hij was wat verkouden toen ik een weekendje wegging. Niks aan de hand, toch? Dat dacht ik ook. Maar toen hij een zagend geluid begon te maken, had ik al zo’n onderbuikgevoel. De huisarts stelde me gerust. “Gewoon een verkoudheid.” Dus ik stapte in de auto naar Duitsland.
Onderweg sliep Lou de hele rit, en ik probeerde mezelf nog wijs te maken dat rust goed was. Maar ’s nachts, in een hotelbed in Duitsland, werd het duidelijk: dit was niet oké.
Het zagen ging door, en ik belde in paniek naar een Duitse arts.
Gedoe natuurlijk, want het was weekend. En Lou had geen paspoort, want ja, dat soort dingen vergeet ik altijd.
Eenmaal in het ziekenhuis werd ik meteen wakker geschud. “Nicht gut, nicht gut,” zei de arts. En dat was nog zacht uitgedrukt. Lou’s zuurstof was veel te laag. Hup, een zuurstofkapje op, staafje door zijn neus, corona uitgesloten, en dan de diagnose: RS-virus met bronchiolitis. Daar zat ik, in een vreemd ziekenhuis, zonder mijn man, en mijn baby die amper kon ademhalen. De verpleegkundige was ook nog eens totaal ongevoelig. “Hup, slang erin, doorspoelen!” Alsof het niets was. Mijn moederhart brak honderd keer.
Lou moest blijven, en ik was compleet van de kaart. Gelukkig mocht ik na een paar dagen terug naar Nederland. Achteraf bleek Lou ook een koemelkallergie te hebben, waardoor hij nóg benauwder was. Hij kon niet eens meer aan de borst drinken en kreeg voor het eerst flesvoeding.
Het hele avontuur voelde als een slechte film.
Fast forward naar nu. Vorige week was het raak met Lenni, mijn baby van 7 weken oud. Hij begon te zagen, ribbenkast trok in, koorts erbij. Deze keer herkende ik het meteen. Maandagnacht belandden we op de SEH, maar we werden weer naar huis gestuurd. Donderdag naar de huisarts: “Valt wel mee,” zei die. Maar thuis voelde het helemaal niet goed. Hij dronk niet meer en werd suf. ’s Avonds spoed gebeld, en ja hoor: opname.
Gelukkig mochten we na een paar dagen weer naar huis. Lenni drinkt weer, hoest nog als een kettingroker en heeft al een week niet gepoept, maar het ergste is achter de rug.
De les? Vertrouw altijd op je moedergevoel. Jij weet wanneer er iets mis is, zelfs als een arts zegt van niet. Liever tien keer onnodig bellen dan één keer te laat zijn.
Heb jij ook ervaring met het RS-virus? Hoe heb jij het meegemaakt? Ik ben benieuwd naar jouw verhaal!