Snap
  • Bevallingsverhalen
  • #keizersnede
  • #dysmatuur
  • bevaltrauma

Toen ik voor het eerst moeder werd..

Mijn verhaal over mijn eerste bevalling en het trauma dat ik daarbij opliep.

Voor mijn verhaal neem ik je mee naar april 2018. Het is vrijdag 20 april, ik ben dan 39 weken zwanger, als wij in het ziekenhuis terecht komen omdat onze Pim aan de kleine kant is. Op de echo is te zien dat het vruchtwater op is, niet meer de beste omstandigheden. Het is tijd om geboren te worden. Dat wordt eerst op de “natuurlijke wijze” geprobeerd. Zo natuurlijk is het niet meer als je allerlei toeters en bellen nodig hebt voor een beetje ontsluiting. Een ballonnetje in de baarmoedermond, weeënopwekkers, CTG, het hele circus. Enfin, uiteindelijk was na 2 dagen proberen een spoedkeizersnede noodzakelijk. Het ging niet goed met Pim en een bevalling zou hij niet overleven. Met veel haast wordt Pim uiteindelijk geboren. Hij heeft een geboortegewicht van 2230 gram, wat overeen komt met een baby van 32-34 weken zwangerschapsduur. Pim is een dysmatuur kindje, veel te licht voor het aantal weken zwangerschap. Gelukkig kan de kinderarts ons al snel vertellen dat hij ondanks dat gezond lijkt te zijn.

Omdat ik door de ruggenprik geen gevoel meer heb in m’n hele lijf (in alle haast is de dosis iets te hoog geweest), durf ik Pim niet vast te houden. Ook ben ik helemaal van de wereld door alle stress en spanning en niet te vergeten; een goeie dosis morfine. Tot op de dag van vandaag heb ik daar groot verdriet van, alsof de eerste momenten heb gemist. Na een paar uur komt er een team van artsen het “plan de campagne” met ons doornemen. Er worden allerlei termen verteld en uitgelegd, maar ik sla het niet op. Ik leef op automatische piloot. Pim moet een infuus omdat hij z’n waardes zelf niet op pijl kan houden. Ook ligt hij met 3 kruiken in z’n bedje, om te voorkomen dat hij energie verspilt aan het warm blijven. Omdat ik graag borstvoeding wil geven moet ik direct beginnen met kolven. Pim mag niet zelf aan de borst, want dat kost te veel energie. Energie die hij moet stoppen in groeien. Hij mag zo min mogelijk huilen, want ook dat kost kostbare energie. Er worden allerlei formules losgelaten op basis van zijn gewicht. Er moet een bepaalde hoeveelheid in en liever zo min mogelijk spugen. Er wordt ons verteld dat als hij niet zelf voldoende binnenkrijgt hij aan de sondevoeding moet. Ik vind het al vreselijk dat hij een infuus heeft, maar het idee dat hij aan de sondevoeding moet vond ik helemaal afschuwelijk. Zo had ik de eerste uren en dagen met m’n baby niet voorgesteld. Vol stress en angst. Zou het wel goed komen?

Alles bij elkaar heeft flinke littekens achter gelaten, meer mentaal dan fysiek. Ik was vrij snel weer op de been, maar ik had steeds vaker last van paniekaanvallen waarbij ik hyperventileerde. Vooral als Pim (in mijn ogen) niet genoeg gedronken had. Ik gaf borstvoeding door te kolven, dus was naast de voedingen ook fulltime aan het kolven. Ook toen ik al gewoon borstvoeding mocht geven omdat Pim genoeg gegroeid was. In een flesje kon ik precies zien wat hij binnen kreeg. Dus ook als het een keer wat minder was. En dan was ik daar compleet overstuur van, raakte in paniek. Want wat als hij niet genoeg aankwam? Wat als ik het niet goed genoeg deed? Het was immers al mijn schuld dat hij zo’n slechte start had, mijn lijf had gefaald. Door mij had hij het misschien niet gered, dacht ik toen. Het ging zelfs zo ver dat ik hem dat flesje dwong op te drinken. Van allerlei trucjes tot aan z’n neus dichtknijpen waardoor hij wel de slok moest doorslikken. Het ging best wel ver. Ook toen hij na een aantal maanden aan de fruit- en groentehapjes mocht dwong ik hem tot spugen aan toe alles op te eten, uit angst dat hij te weinig zou groeien. Ik woog hem extra vaak bij het consultatiebureau of ging zelf met hem op de weegschaal staan om te checken of hij wel voldoende aankwam. En als het dan naar mijn idee niet genoeg was, was ik compleet over de rooie. Na een maand of 7 merkte ik dat ik het echt niet meer trok. Als ik aan het werk was kon ik me alleen maar druk maken of hij wel genoeg dronk. Opa en oma (en het kdv) zouden er immers nooit zoveel in krijgen als ik. En thuis had ik regelmatig een hyperventilatie aanval.

Ik heb uiteindelijk hulp gezocht, omdat ik merkte dat ik m’n kindje meer kwaad deed dan goed. Via het internet kwam ik terecht bij een therapeut gespecialiseerd in bevallingtrauma’s. Bij haar heb ik EMDR-therapie gevolgd. Na een tijdje merkte ik dat ik langzaam weer mezelf werd en niet meer constant bezig was met Pims voeding. De paniekaanvallen namen steeds meer af. Wel heeft het nog best een hele poos geduurd voordat ik zonder naar gevoel met Pim aan de eettafel kon zitten.

Over 3 weken wordt Pim 4 jaar. Hij is nu druk aan het ontwikkelen van (soms pittige) peuter naar stoere kleuter. Pim heeft z’n achterstand ingehaald. Niets aan hem zou je vertellen dat hij ooit veel te klein was. Hij is lief, slim en vindingrijk. Maar ook eigenwijs en zo nu en dan haalt ‘ie het bloed onder m’n nagels vandaan. Gewoon zoals het hoort dus.

Inmiddels heeft het een plek gekregen, maar het blijft altijd een onderdeel van m’n leven waar ik met gemengde gevoelens op terug kijk.