Snap
  • Bevallingsverhalen
  • wordvervolgd

Bevallingsverhaal (deel 1/2)

De start van ons wondertje!

Negen oktober tweeduizendeenentwintig, de dag waarop het allemaal begon. Een heftige bevalling, waar ik tot op de dag van vandaag, nog steeds té makkelijk over denk. Anderen schrikken van mijn verhaal, terwijl het voor mij allemaal zo ‘normaal’ lijkt, want ja, ik weet ook niet beter. Maar hoe meer ik erover na denk, en hoe vaker ik mijn verhaal tot in detail vertel, hoe meer ik mij besef dat het toch écht wel een heftige bevalling is geweest. Althans, bevalling, voor mijn gevoel heb ik geen bevalling gehad, het is zo snel gegaan. We waren net verhuist, 1 oktober kregen wij de sleutels van onze nieuwe woning. We gingen van ons appartement naar een eengezinswoning, een ‘grote mensen huis’ noemde we het. Met heel veel mazzel hoefde we in onze woning niks te doen, en ik citeer niks. We hebben alleen maar onze meubels en spullen over hoeven brengen en kastjes etc. in elkaar hoeven zetten. Ik was ook net met zwangerschapsverlof en had nog mooi ongeveer een maand om te landen in ons nieuwe paleisje, maar daar dacht onze kleine jongen anders over. Want in de nacht van 8 op 9 oktober begon het. Om 03:30 uur, ging ik naar het toilet (wat ik al 10 keer was geweest die nacht, want ja, hoogzwanger, je moet vaak plassen..) ik veegde bij deze wat lichtroze af, waarna ik mijn man wakker maakte om dit te vertellen, dit zou nog wel eens kunnen duiden op dat ik wat bloed ga verliezen. Niks vermoedend weer terug mijn bed in, en viel ook weer heerlijk in slaap. Om half 6, wéér naar het toilet, een slijmerig propje verloor ik. Mijn slijmprop? Ik had geen idee hoe zoiets eruit zag, wel van gehoord natuurlijk, maar hoe ziet zoiets eruit? Dus Google is je grootste vriend, beetje vies wel, maar ja, ik wilde het wel even zeker weten. Na een volle pagina “slijmproppen” op google te zien, wist ik genoeg, ik ben mijn slijmprop verloren. Rechtop in bed zaten we, zoekend op internet naar wat het nou betekend om met 36 weken je slijmprop te verliezen. Al voor ik daar antwoord op gevonden had, begon de weeënstorm. Vreselijk. Ongeveer een half uur, driekwartier later zat ik weer op de rand van het bed om een wee op te vangen. “Ik ben aan het plassen, maar ik kan er niks aan doen” zeg ik tegen mijn man. Hij wist natuurlijk meteen hoe laat het was: mijn vliezen waren gebroken. Hij stormde naar de badkamer om een handdoek voor mij te halen. Ik stond op en alles “valt” op de grond, het was donker, het eerste wat ik dacht was: hij heeft in zijn vruchtwater gepoept, dus je moet de verloskundige bellen. Totdat mijn man het grote licht aan deed (want ja, om 06:15 uur op zaterdagochtend stond alleen het nachtlampje van mijn man aan..). Tot onze schrik ligt daar geen vruchtwater, maar bloed, heel veel bloed. Ook de handdoek, helemaal vol. Mijn man in paniek, want we waren nét verhuisd, en dus ook overgestapt van verloskundige, omdat we in een andere plaats zijn gaan wonen kon onze verloskundige ons niet verder volgen. Maar omdat we dus net pas overgestapt waren, had mijn man het nood telefoon nummer van de nieuwe verloskundige nog niet in zijn telefoon staan. Geen paniek riep ik, rustig het nummer opzoeken, dan ben je sneller dan wanneer je dat in paniek op zoekt, meteen keerde de rust over ons heen en gingen we in een bepaalde modus. Mijn man legde uit aan de verloskundige wat er aan de hand was, zij vertelde hem dat we zsm naar het ziekenhuis moesten gaan, en zij zou het ziekenhuis op de hoogte brengen dat wij eraan zouden komen. Ik zat ondertussen op het toilet, onder het bloed. ‘Ik wil wel nog even douchen hoor, want ik voel me echt vies’ zei ik tegen mijn man. Gelukkig heb ik een slimme man, die antwoordde op mij: ‘nee, geen sprake van!’ Hij pakte een washandje en maakte mijn benen schoon. Een broek, shirt en slippers aan, en weg waren we, op naar het ziekenhuis. Godzijdank was het zaterdagochtend 06:30 uur, dus alle stoplichten nog op oranje en geen kip op de weg, waardoor we in 3 minuten in het ziekenhuis waren. Op de afdeling stond een stel te wachten op de verpleegkundige, ik denk dat zij zou worden ingeleid. De verpleegkundige kwam eraan en stuurde het andere stel naar de wachtkamer, wij moesten eerst geholpen worden. Ik zat in een rolstoel, nog steeds al die weeën op te vangen. Ik werd direct in een kamer op bed gelegd, ik had thuis in alle hectiek nog een foto van de plas bloed die in mijn slaapkamer naast het bed lag gemaakt. Ik heb deze ook direct aan de verpleegkundige laten zien. Ik werd meteen aan de CTG gelegd, maar omdat onze kleine al zo ver was ingedaald kregen ze geen hartslag. Een klein ijzerdraadje werd in zijn hoofdje ‘geschroefd’ om zo zijn hartslag te kunnen volgen, ook dit wilde niet helemaal mee werken. Er kwam een verloskundige naast mij op bed zitten en ging met een echo apparaat op mijn buik, en kijkend naar de echo ging ze zijn hartslag tellen. Ik wist al vrij snel dat er iets niet helemaal goed ging, want in het kleine kamertje stond er zo’n 10 á 15 man om mij heen. Ik moet eerlijk zeggen dat ik niet alles meer weet van wat er allemaal gebeurt is op dat moment, ik was alleen maar bezig met de weeën op te vangen. Niet heel veel later kwam de gynaecoloog naast me staan: ‘we gaan hem halen, vind je dat een goed idee?’ Vroeg ze aan me. ‘Ja, heel graag!’ Antwoordde ik. Ik had ook net gehoord dat ik pas 4 centimeter ontsluiting had, ik dacht: als ik dit nog 6 uur moet doen, dat trek ik niet (gemiddeld 1 centimeter per uur). Op dat moment ging alles heel snel, en werd mij ook pas duidelijk wat voor een paniek er eigenlijk was. Rennend gingen we de gang over, ik heb ze wel 6 keer horen zeggen: ‘dit is code rood’. Al rennend over de gang werd mijn buik al gedesinfecteerd, ik voelde een vinger aan de ene kant van mijn buik stoppen, en een vinger aan de andere kant van mijn buik, waar tussen ze zouden snijden. De anesthesist rende naast mijn hoofd met me mee, hij stelde zich voor en vertelde mij dat hij continu bij mij zou blijven. Het enige wat ik zei was: ‘ik wil geen ruggenprik!’ Waarop de anesthesist antwoordde: ‘je hebt geen keus lieve schat, jij gaat lekker slapen, we hebben geen tijd meer voor een ruggenprik!’. Gek genoeg kalmeerde ik hierdoor. Gelukkig maar want daardoor ging ik heel kalm de narcose in, en kwam ik er ook heel rustig uit. Het ging zo snel, voordat ik op het OK bed lag, was ik al weg. Mijn man is overal bij geweest, daar ben ik heel erg blij mee. Met mijn telefoon is er door een verpleegkundige foto’s gemaakt, van elk moment, heel fijn, want ik heb daardoor nu een beetje een beeld van hoe het is gegaan. Toen ik wakker werd was de eerste die ik zag de anesthesist, ik hoor hem naast me zeggen: ‘gefeliciteerd, je bent mama geworden!’ En het enige wat ik dacht was: ‘oké, maar waar is mijn baby en hoe gaat het met hem?!’. Ik weet niet veel meer van wat er is gebeurd vlak nadat ik uit narcose kwam, er zijn een paar dingen blijven hangen en verder zitten er een aantal gaten in mijn geheugen. Ik weet ook nog dat ik dacht: ‘ik hoop niet dat mijn man de naam van ons zoontje al aan mijn ouders heeft verteld, want dat wil ik graag zelf doen’. Tsja, waar je je wel niet druk over kan maken, haha! Mijn ouders waren al in het ziekenhuis, mijn moeder zou in principe bij mijn bevalling zijn. Mijn man heeft haar gebeld op het moment dat wij naar het ziekenhuis vertrokken, zodat ook mijn moeder naar het ziekenhuis zou komen. Eenmaal dat mijn moeder in het ziekenhuis aankwam, waren wij al op de operatie kamer. Een mega shock voor mijn ouders, omdat zij verder niet op de hoogte waren van hoe ‘slecht’ het eigenlijk ging. De eerste die ik dan ook zag uit mijn narcose waren mijn ouders, en ook het eerste wat ik vroeg was: ‘weten jullie al hoe hij heet?’. Onwijs opgelucht was ik dat het antwoord: nee, was. Vol trots kon ik zélf vertellen: ‘hij heet Dayne! d, a, y, n, e, spelde ik nog voor ze!’ Daarna werd ik naar een kamer gereden, daar was mijn man, én mijn kleine ventje. Ik kon hem niet aanraken, want Dayne lag in een couveuse en ik lag plat op bed. Maar ik kon naar hem kijken, en dat deed ik ook! Vol onbesef bleef ik naar dat kleine mannetje kijken, is dat écht van mij? Is dat écht uit mij gekomen? Ben ik zijn mama? En zo denk ik af en toe nog steeds, maar wat ben ik ongelooflijk trots, op mijn kleine, stoere en oh zo sterke zoontje Dayne. 

Hi! Praat je ook mee met postauthor?

Sharing is caring! Deel ook jouw ervaring of mening over dit onderwerp.

Pssst... Ben je er nog?

Er staan nog meer inspirerende verhalen op je te wachten! Maak nu gratis een account aan of log in om verder te gaan.

Nooit meer iets missen van Mamaplaats?

Schrijf je nu in voor de nieuwsbrief!

Hi! Laat je ook een reactie achter bij Mom_of_two_preemies?

Of praat mee en deel direct jouw ervaring of mening!

Heb je ook een verhaal of tips om te delen?

Start dan nu je eerste post! Een story, forumtopic of poll plaatsen kan ook.