Van blauwe wolk tot met twee benen op de grond
Het verhaal van de opname van Senn
Tijdens de opname van onze zoon Senn na zijn geboorte spreken we net uit naar elkaar dat het anders voelt en we enorm veel vertrouwen hebben in de toekomst, tot er om 17 uur een heftig slik incident plaats vindt…
Voor elke voeding komen de verpleegkundigen van de kinderafdeling bij ons. Ze helpen met de borstvoeding en observeren Senn. Mijn man staat op om Senn te gaan verschonen, hij legt hem op het verschoon kussen waarna hij begint te kokhalzen. Hij was de hele tijd al misselijk dus we schrokken in eerste instantie niet zo. Toch blijft hij dit keer hangen, de verpleegkundige stapt naar hem toe en houdt hem rechtop. Hij reageert niet en ze draait hem gelijk op zijn buik op haar arm. Ze haalt slijm uit zijn mond en draait met hem richting mij. Ik zie hem helemaal blauw en slap hangen over de arm van de verpleegkundige. Ze drukt op de bel, niet 1 maar alle 3 en ze houdt de deur open. Senn hangt en reageert nog steeds niet, ze klopt op zijn rug. Ze hoort geen collega’s aankomen en roept over de gang, collega’s lijken niet in de buurt. Ze vraagt mijn man om direct hulp te gaan halen op de gang. Mijn man schiet de gang op en roept hard om hulp. Kort daarna komt hij met verpleging terug gerend. Ze overleggen in medische termen en mijn man komt bij mij staan. Ze sluiten zuurstof aan en een slang om hem uit te zuigen, op de neonatologie zou dit allemaal klaar liggen maar hier moet alles gepakt worden. In tussen vraag ik of het oké gaat, de verpleegkundige reageert alleen dat ze later bij me komt. De minuten die volgen lijken uren te duren, ze leggen hem op zijn zij in bed en blazen zuurstof bij, ook wordt hij uitgezogen en de kinderarts gebeld met de vraag direct te komen. Hij reageert nog steeds amper, en is nog steeds blauw. Niet alleen rond zijn mond. Mijn man en ik kijken van een afstand toe, de monitor piept en we zijn beide in shock en trillen. Ik durf niet te kijken, zijn saturatie is gedaald tot 71%.
Als de kinderarts binnen komt is Senn weer aan het huilen en minder blauw. Ze kijken hem na en vinden op dat moment niks geks meer maar ze houden hem in de gaten. Ze benoemen dat het hoogstwaarschijnlijk is gekomen doordat hij nog taai slijm in zich had. Het heeft ruim 4 minuten geduurd voor hij weer bijtrok qua saturatie. Wij zijn geschrokken en verdrietig en als het weer mogelijk is knuffelen we met Senn. Die is heel moe van het incident. Drinken gaat die dag slecht. Hij is suf, loom en misselijk.
De verpleegkundige is heel lief en bespreekt de hele avond het incident met ons na. Ook zij is geschrokken, en gefrustreerd dat er op de noodbel niet direct collega’s kwamen aangerend. Ik zelf ben nog opgenomen op de kraamafdeling, en ook die verpleegkundigen zijn op de hoogte en komen checken hoe het gaat. De nazorg is subliem. We worden vrij gelaten in waar we slapen, we hebben inmiddels een hele nacht overgeslagen en zijn intens moe. Op Senn zijn monitor zijn naast zijn eigen piepjes ook alle piepjes van andere kindjes op de afdeling, dit is voor de veiligheid maar dat maakt dat ik weer constant alert ben. Ik vind het mijn taak bij hem te zijn, maar heb ook geleerd van de vorige kraamtijd en weet hoe belangrijk slaap is. Ik vind het zo sneu hem alleen achter te moeten laten na 9 maanden in mijn buik, aan de zorg over geleverd van mensen die we voor vandaag niet kenden. Dit bespreek ik, samen met mijn alertheid. De verpleging benoemt dat zij zorg hebben voor Senn en wij aan onszelf moeten denken, ze leggen ons uit wat de opties zijn: ik er slapen, mijn man er slapen of niemand er slapen. Zij hebben dan de babyfoon aan en natuurlijk altijd de monitor. We besluiten dat mijn man er probeert te slapen, en als dit niet lukt zij de zorg dragen die nacht.
Van ons voornemen om op tijd te slapen komt niks, vanwege borstvoeding en dat ik het heel moeilijk vind om weg te gaan ga ik pas rond 23.30 uur slapen. Het achterlaten van Senn daar ‘alleen’ (mijn man gaat even mee douchen en spullen pakken) voelt zo tegen natuurlijk. En tegelijkertijd vind ik het stom dat ik dit weer voel, want dit keer was ik toch voorbereid?!
Ik merk dat ik het vertrouwen volledig terug moet vinden en weer in opperste staat van alertheid ben. Ik kan dan ook moeilijk de slaap vatten, en ook mijn man lukt het niet. En daar al helemaal niet. Hij komt begin van de nacht bij mij, verdrietig omdat ook hij het zijn taak vond, maar ook wetende hoe belangrijk slaap is. Halverwege de nacht moet ik kolven, en brengt mijn man dit naar de kinderafdeling. Daar aangekomen zit de verpleegkundige liefdevol met Senn en probeert hem wat te drinken te geven. Er zijn geen incidenten meer geweest, en dus slapen we de tweede helft van de nacht al iets beter.
De volgende dag gaan we direct naar Senn toe, hij ligt heerlijk te slapen en de hele nacht is goed gegaan. Hij begint iets beter te drinken. Het is wachten op de artsen visite hoe het vervolg er uit gaat zien, hij zou 24-48 uur opgenomen moeten worden. De eerste 24 uur zijn ruim verstreken en op het slik incident na is er niks meer voorgevallen gelukkig. Voor de kinderartsen langs komen, komt de verloskundige langs met de verpleegkundige die die dag zorg voor ons draagt. Ook zij bespreken het slik incident na en stellen voor dat mocht Senn vandaag ontslagen worden we nog 1 nachtje op de kraamafdeling komen slapen, zodat we vertrouwen terug winnen en mocht er wat zijn er zo iemand is. We vinden dit lastig, we willen het liefst zo snel mogelijk naar huis. Vooral in verband met onze dochter. Maar weten ook dat in alle rust en vertrouwen naar huis gaan super belangrijk is. We besluiten dan ook in te gaan op dit voorstel. Even later komt de kinderarts, Senn mag inderdaad met ons mee. De rest van de observaties en monitor gegevens zijn prima om met ontslag te gaan. Die nacht slapen we dus nog op de kraamafdeling, het is een onrustige en lange nacht. Dit vooral omdat Senn niet goed drinkt en we lang bezig zijn met voeden. Dat het niet goed drinken tot nu (ruim 8 weken oud) nog steeds een ding is en we kort na deze opname weer een opname zouden hebben hadden we toen niet kunnen denken..