Deel 16: Ik zit er doorheen na 9 weken ziekenhuis
Naar huis gaan wordt maar uitgesteld
Ties is bijna 9 weken oud, maar eigenlijk pas 37 weken. Nadat hij heel erg ziek was geworden van het Rhinovirus en hij weer een paar dagen op de IC heeft gelegen, gaat het weer met stapjes vooruit. We zijn nog zeker niet waar we waren voordat hij ziek werd. Dat heeft tijd nodig. Hij zit weer aan de Optiflow en krijgt nog wat meer liters dan toen hij ziek werd.
Ik merk dat het er erg ingehakt heeft bij mij. Hij werd plots doodziek en het was heftig om weer terug te zijn op de IC in het WKZ. Zoveel angst en onzekerheid. Het waren zoveel stappen terug, terwijl we eigenlijk bijna naar huis zouden gaan. Gelukkig knapte Ties snel op, maar het was heftig en traumatisch. En tijd om dat te verwerken is er niet. Alles gaat maar door. Voor mijn gevoel sta ik altijd aan, en dat al heel lang. Op 2 mei startte de slechte film/de rollercoaster, op 3 juli werd Ties geboren en nu is dat ook alweer zo'n maand of 2 geleden en zitten we er nog steeds in. Een lange periode van stress, angst en onzekerheid. En wanneer houdt het op?
Ondanks dat er de mogelijkheid is om in het ziekenhuis te blijven slapen ’s nachts, doe ik dat niet. Ik heb dat een keer of 3 gedaan, maar het was niet te doen voor mij. Ik ben een moeilijke slaper en ik kon daar de rust totaal niet vinden. Ik sliep niet of nauwelijks. Het gevolg daarvan was dat ik er dan overdag niet op de manier voor Ties kon zijn, zoals ik wilde. De hele situatie was al slopend genoeg, maar door gebrek aan slaap ’s nachts had ik het niet meer vol kunnen houden. Overdag wilde ik er voor de volle 100% voor hem zijn, een zo goed mogelijke moeder zijn in deze bizarre omstandigheden. Ik wilde alles qua verzorging kunnen doen, uren buidelen, zingen etc. Met heel veel pijn in mijn hart, liet ik hem dan ook ’s avonds laat achter in het ziekenhuis. Dit ging meestal niet zonder tranen. Overdag probeerde ik er zo lang mogelijk te zijn, ging eind van de middag naar huis en dan na het eten samen snel terug om tot een uur of 22.30/23 uur te blijven.
Maar er kwam een moment dat het mij allemaal teveel werd. Ik liep al heel lang op mijn tandvlees, was elke avond als we weer samen naar het ziekenhuis toe gingen duizelig en moest er in de rolstoel heen. Ik was nog aan het herstellen van de keizersnede en het vele bloedverlies. Een week of 6 na de keizersnede kreeg ik alleen maar meer pijn, mijn buik bleek flink overbelast te zijn. Niet zo gek, aangezien ik nauwelijks rust hield. Twee keer per dag op en neer naar het ziekenhuis, 3 weken na de keizersnede ging ik al zelf autorijden. Ik wilde niet meer afhankelijk zijn van anderen.
Daarnaast kostte het kolven mij ook heel veel energie. Het ging erg moeizaam en ik probeerde werkelijk alles om mijn productie te verhogen. Het werd een obsessie. Ik kon zo weinig doen voor mijn baby, maar kolven was iets praktisch wat ik wel kon doen. Alleen ging dit door verschillende redenen heel moeilijk. Gelukkig vonden we in de familie een donor, die een deel van haar melk kon missen. Super mooi dat dat zo kon. Een tijdlang kolfde ik ook ’s nachts, maar ik had mijn nachtrust zo hard nodig, dus op een gegeven moment sloeg ik de nacht over. Het was nog steeds zwaar, maar ik wilde doorzetten. Besluiten te stoppen zou voelen als falen, een gevoel wat ik sowieso al had overgehouden aan mijn hele zwangerschap en bevalling. Dus ik slikte domperidom en kolfde zoveel als ik kon.
Op die avond hadden we thuis samen gegeten, altijd enorm haasten, en zouden zo weer naar het ziekenhuis gaan. Maar ik kon fysiek niet meer. Ik had niet eens meer de kracht en energie om op te staan. Alleen wilde ik dit niet toegeven. Mijn vriend had dit door en zei; ‘jij kan vanavond niet naar Ties. Jij bent er niet toe in staat. Ik ga jou er niet heen slepen, dus jij gaat gewoon niet.’ Dit heeft hij meerdere keren moeten herhalen, ik kon alleen maar huilen en zeggen dat ik wel wilde gaan. Maar ik wist van binnen dat ik het niet kon. En hoe kon ik er dan voor Ties zijn? Het was enorm moeilijk, maar hij heeft mij boven naar bed gebracht en is alleen naar Ties gegaan.
Die avond heeft hij het besproken met een verpleegkundige en arts, dat het niet zo goed ging met mij. Iedereen was erg betrokken en steunend. We hebben nog met z’n allen met beeld gebeld, om de situatie te bespreken; hoe men mij kon helpen zodat ik er weer beter aan toe zou zijn en het allemaal vol zou houden. Als ik zo door zou gaan, zou dat niet goed komen. Dan zou ik het misschien allemaal echt niet meer trekken, als Ties eindelijk naar huis zou mogen. Dan zou ik al zo lang over m’n grenzen zijn gegaan, dat ik er niet meer snel bovenop zou komen. In het verleden heb ik al eens een zware burn-out gehad.
We bespraken de dagelijkse planning en dat het het beste zou zijn, als ik rond een uur of 14/15 uur naar huis zou gaan, een uurtje zou rusten, samen eten en dan terug naar het ziekenhuis (tenzij ik te moe zou zijn ’s avonds). Ik kreeg al hulp van medisch maatschappelijk werk in het ziekenhuis, maar er werd besproken dat ik zou worden doorverwezen naar de GZ-psycholoog. Dit omdat ik ook de nodige trauma’s had opgelopen en ik hier ook al last van had en het me belemmerde.
Met dit plan zijn we verder gegaan en ik ging me weer iets beter voelen. In de weken die volgden, leek naar huis gaan elke keer dichtbij te komen, maar werd dan toch weer uitgesteld. Dan werden er stapjes gezet met het afbouwen en stoppen van de medicatie, maar dan had hij toch weer terugvallen en medicatie nodig. Het was slopend, elke keer de hoop om bijna naar huis te kunnen en dan liep het allemaal toch weer anders. Elke ochtend belde ik gespannen de afdeling, om te horen hoe het die nacht gegaan was, hoeveel dipjes/incidenten hij had gehad. Het was elke keer weer zo'n tegenslag als het weer minder goed ging. Elke keer weer die hoop, de angst, zorgen, onzekerheid en verdriet. Het werd elke keer zwaarder om na een tegenslag weer moed te vinden. Wat waren die laatste loodjes zwaar en hoe lang zouden ze nog gaan duren...Niemand die dat kon voorspellen.