
Beeld: Swetlana
Op werk vond ik lucht, thuis raakte ik langzaam kopje-onder
“Mijn carrière is nooit stilgevallen, zelfs niet toen thuis alles stil leek te staan. Of beter gezegd: toen thuis alles te veel werd. Vanaf het moment dat mijn dochter Thera haar eerste aanval kreeg, veranderde mijn leven. Thuis draaide alles om zorgen, regelen, alert zijn, waken, zoeken, hopen en doorgaan. En werken? Dat deed ik ook. Alleen niet meer om ambities waar te maken. Ik had mezelf heel duidelijk voorgenomen: mijn carrière is niet meer belangrijk, ik blijf lekker op routine draaien. Want anders kost het mezelf teveel energie. En die energie had ik hard nodig voor thuis.“
Sterker nog, mijn werk werd mijn toevluchtsoord. Mijn rustplek. Daar kon ik even niet de moeder zijn van een zorgintensief kind. Daar hoefde ik even niet te troosten, te handelen, te plannen of te vechten voor passende zorg. Op kantoor was ik ‘gewoon Swetlana’, de communicatieadviseur die een beetje moe was maar altijd professioneel, altijd opgewekt, altijd beschikbaar.
Tot die ene dag.
Thera was inmiddels acht. Al acht jaar draaide mijn leven in dienst van haar zorg. En toen… was het op.
Ik meldde me ziek. Voor het eerst in jaren. Mijn hoofd en lijf konden niet meer. Mijn emmer liep over. Ik vertelde het mijn nieuwe leidinggevende, Anne.
‘Ik heb maar een weekje nodig,’ zei ik voorzichtig. Het voelde als falen, alsof ik toegaf aan iets wat ik jarenlang had weggeduwd.
Maar Anne keek me aan en zei: ‘Neem alle tijd die je nodig hebt. Als je straks omvalt, heeft niemand daar iets aan.’
Ik voelde opluchting.
Ik ging niet uitrusten die week. Typisch iets voor mij. In plaats daarvan begon ik als een gek te zoeken naar een logeerplek voor Thera. Want ik realiseerde me: ik heb niet even rust nodig. Ik heb structureel ademruimte nodig. Uiteindelijk vonden we een logeerhuis in Rotterdam. Eén weekend in de twee weken twee nachten doorslapen. Een luxe die ik al jaren niet meer had gehad.
Toen ik weer aan het werk ging, vroeg Anne hoe het ging. En ik begon meteen weer te praten. Over Thera, over de logeeropvang, over hoe lastig het allemaal was. Tot ze me onderbrak.
‘Maar hoe gaat het met jou?’ vroeg ze.
En daarna: ‘Wat doe jij nou nog echt voor jezelf?’
Ik kon niets bedenken.
Niets.
En op dat moment brak ik.
Thera was ik al langzaam aan het verliezen. Haar gedrag was onverstaanbaar, ze praatte niet meer. Ik wist af en toe niet meer hoe ik contact moest krijgen met haar.
Maar nu was ik mezelf kwijt.
Wat een zooitje.
Dat gesprek bleef hangen. Het zette iets in gang. Eerst de pijn, toen de boosheid. En daarna… een stem.
Hé wacht eens even, ik ben er toch ook nog?!
Inmiddels is het 2025. En ik sta op een heel andere plek.
Thera woont nu in een fijne zorginstelling, waar ze de begeleiding krijgt die zij nodig heeft. Dat was geen makkelijke beslissing, maar het was wel de juiste.
”Ze straalt in haar jurkje, ook zonder mij”
”Deze keer sla ik over. En dat is óók zorgen voor mijn kind”
Zwevend boven de wereld vergat ik even alles – behalve haar glimlach
Ik heb ruimte. Ik heb energie. Ik heb mezelf weer gevonden.
En ik ben mijn eigen bedrijf begonnen als spreker en coach voor moeders van zorgkinderen. Omdat ik weet hoe het voelt om jezelf te verliezen in het zorgen. En omdat ik heb geleerd hoe belangrijk het is om ook voor jezelf te zorgen.
Zelfzorg is geen luxe. Het is een voorwaarde om vol te kunnen houden.
En werk is voor mij nu geen vlucht meer, maar een verlengstuk van wie ik ben. Van mijn verhaal. Van mijn missie. Ik gun elke moeder, of je nu een zorgkind hebt of niet, ruimte voor zichzelf. Zonder schuldgevoel, zonder druk en vooral met heel veel liefde voor jezelf.
PRAAT MEE MET ANDERE Mama’s in de community
Kom in contact met (aanstaande) ouders, word lid van een geboorteclub en blijf op de hoogte van de ontwikkeling van je kind.