Ziekenhuis nr 2
wanneer je vliezen breken met 25 weken
Eenmaal gearriveerd in Leiden word ik gelijk weer een kamer in gereden. Er staan een man en een vrouw voor mij klaar en ik word direct weer op een bed geïnstalleerd. Er is even een korte overdracht tussen de ambulancebroeders en de verpleging en daarna wensen de ambulancebroeders mij sterkte. De verpleegkundigen vragen een beetje door op de informatie van de overdracht en leggen mij het een en ander uit. Wat ze precies vertellen, hoor ik eigenlijk niet eens, want ik wil maar één ding weten: zijn mijn vliezen gebroken? Ze willen eerst een paar testjes doen om het één en ander uit te sluiten aan bacteriën, infecties en weet ik het wat nog meer. Ik mag weer met mijn benen in de beugels en met een eendenbek tussen mijn benen. Voordat ze die kweekjes gaan afnemen, willen ze eerst uitsluiten of het wel vruchtwater is. Daarvoor laat ze een papieren staafje zien. Ik vind het een beetje lijken op zo’n staafje dat je in het zwembad steekt om de ph- waarde te checken of op zo’n heel karig zwangerschapstestje. Ze zweept een keer met dat ding en hij kleurt gelijk pikzwart.
‘Ja, zeker weten vruchtwater.’
Ik voel dat ik een beetje wit weg trek. Dus toch.. er gaan nu gelijk zoveel dingen door mijn hoofd dat ik niet eens weet waar ik het nu zoeken moet. Ik probeer wel rustig te blijven en de situatie te bagatelliseren, maar ik hoor niet echt meer wat er wordt gezegd of wat er wordt gedaan. Op dit moment vind ik het wel echt rot dat Stephan niet mee is. Dan had hij een beetje kunnen luisteren wat er allemaal werd verteld. Alsof de verpleegkundige mijn gedachten leest, vraag ze:
‘Moet je je man niet laten komen?’Ik stuur hem een appje met de conclusie dat het toch wel vruchtwater is, maar hij slaapt natuurlijk al en ik wil hem er ook niet voor wakker maken.
Daarna doen ze weer een echo, omdat ze willen zien hoe de baby in stuit ligt. Er is nu nog wel voldoende vruchtwater, maar niet veel. Dit zal de komende tijd ook eerder minder gaan worden dan meer en vruchtwater is wel nodig voor een kindje om te kunnen draaien.
Dan word ik weer aan een ctg- apparaat gekoppeld.
‘Hoezo moet dat?’ vraag ik, ‘dit is allemaal daarnet in Gouda nog gedaan.’
Dat weten zij, maar mijn welzijn en die van de baby kan in een mum van tijd omslaan, dus ze willen weten hoe het er nu voor staat. In 95% van de gevallen van vroegtijdig gebroken vliezen begint de bevalling namelijk binnen 72 uur. In uitzonderlijke gevallen blijft de baby langer zitten. Ik gok zomaar dat ik in dit opzicht een uitzonderlijk geval ben, want ik heb toch al zeker een week last van lekkend vocht. Dat zou dan betekenen dat ik al meer dan een week rondloop met gebroken vliezen, maar omdat dat niet eerder is vastgesteld, kunnen ze daar niet van uit gaan. Ik mag dus weer even ‘een half uurtje’ blijven liggen en de verpleegkundigen verlaten de kamer. Er is inmiddels al bijna 7 uur verstreken en ik ben helemaal kapot. Ik probeer even mijn ogen dicht te doen, maar het lukt mij niet om even te slapen. Als het al zou lukken om te slapen, is het sowieso maar van korte duur en mijn gedachtes houden mij wakker. Het zijn vooral vragen waar ik antwoord op wil, maar waar ik geen antwoord op zal krijgen. Wat betekent dit voor de baby? Wat kan ik verwachten? Hoe gaat het aflopen? Aan de ergste scenario’s wil ik niet eens denken..
Gelukkig duurt het dit keer echt maar een half uur nadat ze me komen loskoppelen. De uitslag van de ctg is gelukkig nog hetzelfde als in Gouda: de baby heeft het goed daarbinnen en mijn buik is rustig met betrekking tot weeën-activiteit. Ze vertellen mij dat er medicijnen zijn om de baby wat voor te bereiden op een vroeggeboorte voor als hij zich snel aandient. Ten eerste is dat een antibioticakuur van een aantal dagen en ten tweede een paar prikken om de longen te rijpen. De eerste antibiotica en longrijpingsprik kan ik nu al krijgen. De antibiotica krijg ik dan dagelijks nog een keer voor een aantal dagen en de tweede longrijpingsprik over 24 uur. De mannelijke verpleger legt uit dat die longrijping pas echt werkt na 48 uur en doorwerkt voor twee weken lang en dat de baby er dus vooral iets aan heeft als hij geboren wordt binnen deze periode. Als de baby nog langer blijft zitten, wordt met enige uitzondering de longrijping herhaalt. Hier vragen ze toestemming voor, maar ze vertellen verder geen voors of tegens. Ik weet ook niet of ik dat eigenlijk wel wíl weten, maar als de conclusie is dat het beter is voor de baby, dan doe ik dat gewoon. Dan wil ik ook niet dat die keuze mij moeilijker wordt gemaakt door voors en tegens, dus ik vraag daar verder maar niet naar. De verpleegkundige bereidt mij voor door te zeggen dat de meesten deze prik als best heftig ervaren. Ik ben wel wat gewend wat prikken betreft, dus draai ik mijn hand daar echt niet voor om. Ze zet hem in mijn bovenbeen en ze maakt het compliment dat ik het goed doe, want ze ziet wel eens heel ander soort reacties. De prik zelf was wel een beetje venijnig, maar.. holy shit!.. wat is dat spul wat er in mijn been wordt gespoten? Het voelt als een dikke soort gel en het wordt er heel langzaam in gespoten. Dat doet inderdaad zeer! Als het klaar is, slaat en wrijft ze er ook nog even lekker op om het uit te smeren.
Dan geeft de mannelijke verpleger (of is het een arts? me wat meer informatie over vroeggeboortes, maar eigenlijk vooral over de dingen die mis kunnen gaan. Ik snap dat ik me een beetje moet voorbereiden, maar ik vind dat erg moeilijk. Ik heb helemaal niet het gevoel alsof de baby snel gaat komen en wil daar ook helemaal niet aan denken, maar ik snap dat dat moet. Hij zegt me vooral na te denken over de bevalling. De baby ligt in stuit en daarom is een natuurlijke bevalling risicovol. Het grootste gedeelte van een baby is natuurlijk het hoofdje en als dat er als laatst uit komt, moet er wel een beetje aan het kindje worden getrokken. Omdat het kindje nog zo klein en kwetsbaar is, kun je daar niet echt aan trekken. Daarnaast is een bevalling voor een baby sowieso al heel erg intensief, maar voor zulke kleintjes kan zo’n bevalling ook té intensief zijn en dan overleven ze het niet. Hij wijst me ook op de optie voor een keizersnee en dat daar uiteraard ook risico’s aan verbonden zijn. Dan is mijn herstel na een keizersnee nog niet eens besproken, maar dat is voor mij een grote reden om daar geen voorkeur voor te hebben. Hij zegt mij dat ik daar nog maar over moet nadenken, maar het voelt als kiezen tussen twee kwaden.
Alsof het allemaal nog niet genoeg is geweest, vertelt hij me ook nog dat hij gaat bespreken of ik overgeplaatst moet worden. In dit ziekenhuis hebben ze namelijk wel plek voor mij, maar niet voor de baby als hij nu geboren wordt. Hadden ze daar niet over na kunnen denken toen ik vanuit Gouda overgeplaatst moest worden? Hij vertelt dat hij nu gaat overleggen of het nodig is dat dat nu moet gebeuren of niet. Mijn situatie is namelijk stabiel, dus dat zou een reden kunnen zijn dat ik hier voorlopig nog mag blijven. De situatie is alleen erg onvoorspelbaar en omdat het zo kan omslaan, kan dat een reden zijn om mij toch direct over te plaatsen. De vraag is dan alleen waarnaartoe, want ik moet dan naar een ziekenhuis waar ze toevallig op dat moment plek hebben. Hij vertelt dat ik rekening moet houden met dat dit ook aan de andere kant van het land kan zijn of zelfs in één van onze buurlanden! Zijn ze allemaal niet helemaal lekker hier ofzo? Weten ze wel wat voor nacht ik er op heb zitten? Laat me alsjeblieft, in ieder geval deze nacht, even bijkomen! En laat me alsjeblieft niet zo ver plaatsen!
Nadat ze hier overleg over hebben gehad, is er besloten dat ik niet in dit ziekenhuis kan blijven, maar de grote vraag is waar ik dan naartoe word gestuurd. Ik houd mijn hart vast, maar het antwoord valt me gelukkig mee. Ik moet naar Utrecht, maar wel nu. De ambulance staat al klaar en daarom ga ik de brancard weer op. Dit keer vind ik het helemaal niet erg om daar op te moeten liggen, want inmiddels voel ik me behoorlijk zielig. Het janken staat me nader dan het lachen, maar eigenlijk ben ik al te moe voor ook maar íets van emoties. In de ambulance wordt weer het hemd van mijn lijf gevraagd, dus tijd om even te slapen is er alsnog niet. Deze ambulancebroeder vertelt over een soortgelijke situatie die hij al eens had meegemaakt en dat die mevrouw toen ín de ambulance is bevallen, dus dat hij het bespottelijk vindt dat ze vrouwen als ik op transport zetten. Ik bespeur wat irritatie in zijn verhaal. Een beetje inlevingsvermogen vanuit zijn kant lijkt mij wel op zijn plaats, maar ik stel hem gerust door te zeggen dat ik verder nergens last van heb. Sukkel.
to be continued...
Benieuwd naar het hele verhaal? Bestel mijn boek op http://www.bravenewbooks.nl/books/288640