Uit huis?
Profiteur
Ik was 17 toen ik uit huis ging. Samenwonen. Maar vooral de opmerking van m'n vader was de druppel. " Jij eeuwige profiteur". Pardon? Ik? Ik deed alles thuis Ommen moeder te ontlasten. behalve koken. Dat deed hij.
Wassen, strijken, dweilen, stofzuigen. Alles deed ik. Naast m'n werk. Profiteur? Ik? Nee. Dat was de eerste keer dat ik tegen hem inging; je kunt alles van me zeggen. Maar niet dat ik een profiteur ben. Heb je geld nodig? Wil je dat ik bijleg? Prima. Maar ga me geen profiteur noemen.
Een maand later was ik weg thuis en woonde ik samen.