De depressie na mijn zwangerschap
Hoe ben ik er uit gekomen?
December 2017. Vier weken voor mijn tweede operatie aan mijn eierstok en endometriose.
Voor het eerst in de twee jaar dat we graag voor een kindje wilden gaan, was ik er totáál niet mee bezig. We zouden na de operatie naar een fertiliteitskliniek gaan en dan zou misschien eindelijk onze kinderwens uitkomen.
Maar mijn menstruatie bleef uit. Ik was huilerig. Ook kreeg ik opeens acne op mijn voorhoofd en rug. Toch zag ik de tekenen niet.
Ondertussen had ik in de afgelopen jaren al flink wat zwangerschapstesten gedaan. Het was iedere keer uitgelopen op een grote teleurstelling. Toch deed ik ook dit keer een test.
Waar ik iedere keer een negatieve test in handen had, was dit vrijwel meteen duidelijk een positieve test. Ik was zwanger!
Een prachtig en ongelofelijk mooi geschenk in de Decembermaand. Ik kon mijn operatie afzeggen!Met maar 1 werkende eierstok én mijn chronische ziekte endometriose, was ik toch op een natuurlijke manier zwanger geraakt! Iedereen die we het vertelden was tot tranen toe geroerd van geluk. 2018 zou een fantastisch mooi jaar worden!
De zwangerschap verliep tot een week of 20 prima. Ik voelde me goed, was niet misselijk.Maar helaas werd het na die 20 weken steeds zwaarder voor mijn lichaam. Ik kreeg bekkeninstabiliteit, hield erg veel vocht vast, ik kwam énorm veel in gewicht aan. Met 30 weken bleek ik een veel te hoge bloeddruk te hebben en moest ik met regelmaat worden opgenomen in het ziekenhuis.
Ik kon geen schoenen meer aan want mijn voeten waren twee keer zo dik. Het was erg pijnlijk. Het was ook nog eens een vreselijke hittegolf wat het niet beter maakte.Gelukkig is er met 38 weken besloten om de bevalling in te leiden.Wat waren we blij dat we een datum hadden waarop ons zoontje geboren zou worden!
De bevalling ging zeer voorspoedig en op 13 augustus 2018 is ons zoontje Kyran geboren.Een prachtig gezond ventje en de eerste dagen voelde ik me euforisch. Ik kon de hele wereld aan, ik voelde me vrolijk en energiek.
Echter durfde ik mijn kind liever niet aan te raken of vast te pakken en liet ik het aankleden en verschonen over aan mijn partner. Na 6 dagen vond de kraamhulp Kyran toch wel erg geel. Ze hield het al dagen in de gaten maar de verloskundige vond dat er niets aan de hand was. Gelukkig heeft de kraamhulp naar haar gevoel geluisterd.
Bloed afnemen ging niet bij Kyran, zo stroperig was zijn bloed al. We moesten in het ziekenhuis blijven en Kyran moest onder een lamp liggen. Hij had vreselijk hoge waardes en zat haast tegen een bloedtransfusie aan. Als de waarde van bilirubine te hoog is namelijk, kan dit schadelijk zijn voor de hersenontwikkeling bij de baby. Ik mocht blijven overnachten. Kyran lag in een couveuse op de kinderafdeling.
Eenmaal daar, een week na de geboorte, begonnen mijn klachten, zie ik nu achteraf. Ik sliep nauwelijks tot niet, had illusies dat ik mijn kind zag liggen in mijn ziekenhuiskamer terwijl hij daar helemaal niet lag. Artsen die me dingen vertelden, ik hoorde het niet en kon alleen maar staren.
Ik moest gaan kolven om te zien hoeveel melkproductie ik had. Kyran moest veel drinken om de bilirubine (galkleurstof) af te breken in zijn bloed. Dus iedere 2,5 uur was ik aan het kolven, om de melk daarna in een flesje te doen. Dit werd dan aangevuld met flesvoeding want ik had niet voldoende. Echter zelf een flesje geven, vond ik doodeng. Ik was opgelucht dat het personeel het meeste voor me deed.
Net zoals verschonen. Ik durfde het niet. Ik durfde mijn kind gewoonweg niet aan te raken. Wanneer Kyran huilde reageerde mijn hele lichaam hierop. Zweet, angst, ik voelde me nerveus en neerslachtig.Ik vond Kyran het allerliefste mannetje wat er was, als hij maar vooral niet huilde.
Na twee dagen mochten we weer naar huis, Kyran was nu 8 dagen oud. Thuis hadden we nog wat extra dagen kraamhulp. Ze leerde mijn partner van alles. Ik stond er maar bij. Ik was doodop en alles ging langs me heen. Interesse om ook wat te leren of om mijn kind aan te kleden of te verschonen, was er van mijn kant niet. Mijn partner ging ook voor het eerst met Kyran douchen. Ik wilde niet.
Met de borstvoeding ben ik uiteindelijk na drie weken al gestopt omdat het niet ging en ik ontzettend veel pijn had. Huilend van de pijn zat ik dagelijks op de bank. Dat gaf me ook het gevoel dat ik faalde. Hoe euforisch en geweldig ik me de eerste dagen voelde, zo slecht ging het daarna met me. Ik kwam niet meer buiten, ik voelde me vervreemd van mezelf en van de hele buitenwereld.
Ik keek door het raam naar buiten en zag mensen lopen en fietsen, lachen en met hun kinderen spelen. Voor mij stond de wereld stil. Door het slechte slapen en het feit dat ons hele leven op zijn kop stond, hadden mijn partner en ik ook vaak ruzie. Verschrikkelijke ruzies. We maakten elkaar zo ontzettend woest. Ik trok het allemaal niet meer en op een gegeven moment schijn ik zelfs te hebben gezegd dat ik mijn zoontje van het balkon zou gooien.
Nadat er nog meer dingen waren voorgevallen waarin ik letterlijk aangaf niet meer te willen leven, hebben we aan de bel getrokken.
Ondanks dat ik me verschrikkelijk voelde, vervreemd van de wereld, moest ik van mezelf normaal functioneren. Mijn partner werkt wisseldiensten en ik ben vaak alleen met ons zoontje. Ik moest er gewoon voor hem zijn. Ook het huis moest altijd tiptop in orde zijn. En het belangrijkste; ikzelf. Als niemand maar aan mij kon zien wat er aan de hand was. Iedere ochtend in alle vroegte moest ik mijn make-up opdoen en mijn haren zoals ik altijd deed. Het werd letterlijk mijn masker.
Ondertussen kon ik bij een psycholoog terecht en deze stelde een depressie en een angststoornis vast. Ik durfde namelijk ook niet meer alleen naar buiten. En zelfs met mijn kleine baby die het zo nodig had, kwam ik dus nauwelijks het huis uit.
De angsten had ik trouwens al wel veel eerder voor mijn zwangerschap, maar na de geboorte van Kyran was alles nóg erger geworden. Autorijden deed ik al jaren niet, maar nu durfde ik zelfs niet meer te fietsen, ik ging niet meer met het openbaar vervoer, ik werd bang voor wat er maar zou kunnen gebeuren of wie ik allemaal zou tegenkomen.
Het erge is dat ik me zelfs bang voelde voor mijn eigen kind. Een prachtig lief jongetje. Een wondertje. Maar ik was bang dat hij geluid zou maken. Want een enkel piepje van hem maakte me al van streek en zorgde ervoor dat mijn hele lijf gespannen was. Ook was ik alert en bang dat hij ‘s nachts wakker zou worden, dat ik hem niet goed kon aankleden, ik maakte me om alles druk.
Kleertjes bij Kyran aandoen of een luier koste mij zo enorm veel moeite. Ik trilde en zweette me rot. Ook duurde het weken, misschien wel maanden, totdat ik mijn kind zelf eens een keer in bad durfde te doen. Die nervositeit en spanning is trouwens tot op de dag van vandaag nog steeds iets waar ik dagelijks tegen vecht.
Als mijn partner thuis kwam na een zware werkdag, moest hij nog boodschappen doen en koken. Ik kon het niet, snapte niets meer.
Ondertussen maakte de onderlinge ruzies mijn gemoedstoestand niet beter. Het ging zo slecht met me dat ik op een gegeven moment mezelf heb opgesloten met een mes in het toilet. Ik kon dit niet meer.
Dit was wel de druppel. Ik moest vertellen aan de psycholoog dat het écht heel erg slecht ging. De psycholoog schrok ervan en zeker omdat ik een klein kindje heb, heeft zij er meteen werk van gemaakt.
Ik kreeg Intensieve Behandeling Thuis (IBT) en daarnaast heb ik antidepressiva gekregen. Zo’n 3 keer in de week kwamen er verplegers bij ons thuis om met me te praten en me mee naar buiten te nemen.
De medicatie deed me de eerste weken geen goed. Ik voelde me nog slechter en was flink beroerd. Maar gelukkig was dat effect na een week of 6 wel weg.
Na 6 weken stopte de hulp thuis. Gelukkig was er de mogelijkheid om Acute Deeltijdbehandeling te krijgen bij de afdeling Psychiatrie in het ziekenhuis.
De eerste keer dat ik daar binnen stapte en het bordje “psychiatrie” zag, ben ik al hyperventilerend in elkaar gestort. Nú pas kwam het echt bij me binnen. Ik voelde me letterlijk gek. En ik had ook het idee dat iedereen vanaf dat moment aan mij zou kunnen zien dat ik “psychiatrisch patiënt” was.
De deeltijdbehandeling was tegen verwachting in wel ontzettend fijn. Een groep lieve mensen met ook angsten en depressies. Ik voelde me eindelijk gehoord en begrepen. Helaas is zo’n deeltijdbehandeling ook maar 6 weken. Deze hulp was dus ook weer snel ten einde.
Ik heb er echt veel geleerd en was weer wat opgeklommen. Echter leek ook dit nog niet voldoende. Hierna heb ik nog wat langere hulp thuis gehad in de vorm van gesprekken. En daarna kreeg ik schematherapie.
Dit alles deden we om een opname te voorkomen. Ik kon niet voor langere tijd weg bij mijn zoontje. En dat wilde ik uiteraard ook niet.
Mijn medicatie sloeg aan en ik ondernam weer wat dingen. Ik kwam steeds vaker buiten. Ik werd wat positiever en kon wat meer dingen hebben. En ook al was ik bang, ik ging het wél aan.
En hoe zwaar ik het moederschap ook heb gevonden en soms echt nog steeds vind, ik voel me bevoorrecht dat ik voor deze jongen mag zorgen. Dit prachtige lieve mannetje heeft mij nodig. En ik zal er voor hem zijn.Alle hulp, therapieën, medicijnen, het is het waard.
Intussen is Kyran 3,5. We zijn verhuisd van de Randstad naar Friesland. Werken kan ik nog steeds niet, maar ik onderneem wel veel en ik heb veel sociale contacten hier. Wel volg ik ook nu nog therapie.
We genieten, dat kan ik echt wel zeggen. Van de rust, van de natuur hier, maar vooral van onze vrolijke en mooie zoon. Ik voel zoveel liefde en trots voor die jongen. Maar ook ben ik wel trots op mezelf. En op mijn partner. Want hoe donker het toen ook was, we zijn bij elkaar gebleven en we hebben alle hindernissen genomen. We hebben fouten gemaakt en geleerd. We bleven vechten. En we kunnen trots zijn op waar we nu staan en wat een mooi gezin we vormen.