Bevalling en Ameland
Bevallen in het ziekenhuis en wonen op Ameland
Het is vrijdagochtend 30 augustus 2019 zie ik op mijn horloge. Ik slaak een zucht en fiets verder. Half 10 moeten we bij de verloskundige zijn, dat is over een uurtje. Ik kijk opzij en zeg tegen Paul dat ik het idee heb dat mijn krampen afnemen. 'Mooi,' is het antwoord terwijl we met Golden Retriever Bram langs de Bosrand fietsen. Onderweg komen we nog een paar bekenden tegen, die vragen wanneer de kleine eindelijk komt. Op Ameland kent iedereen elkaar, dus is het bekend dat ik elk moment kan bevallen. Ik loop inmiddels een week over.
Bij de verloskundige aangekomen, stelt ze dat het strippen afgelopen dinsdag geen effect heeft gehad. Er is immers niet binnen vierentwintig uren een teken geweest dat de bevalling op gang komt. Ik stel dat ik wat krampen had, maar dat kan ook door mijn darmen komen. Die rommelden wel vaker de laatste weken. Ze vraagt of ze me weer moet strippen. Ik stel voor een inleidingafspraak te laten maken in het ziekenhuis. Ze gaat hiermee akkoord en zal me later terugbellen over mogelijkheden voor een afspraak.
Thuis ga ik toch maar even liggen. De krampen zijn teruggekomen en ik voel me wat onrustig. Na een half uurtje meldt Paul zich bij me. ‘Gaat alles wel goed? Weet je zeker dat het geen weeën zijn?’ Ik stel dat ik geen pijnscheuten voel en wuif het weg. Op zijn advies besluit ik toch te gaan timen en merk ik verschrikt een patroon. 1,5 minuten weeën en 3,5 minuten tussenpozen. We besluiten te gaan bellen.
De assistente vertelt ons dat er een verloskundige aankomt, we wachten het af. Ondertussen belt de andere verloskundige die we hadden gesproken die morgen. Ze meldt dat er om half 12 en afspraak is gemaakt voor maandagmorgen voor een inleiding. Lachend vertelt Paul dat dit hoogstwaarschijnlijk niet meer hoeft, omdat wij een sterk vermoeden hebben dat de bevalling is begonnen. ‘O!’ zegt ze verrast en wenst ons veel succes.
Al gauw arriveert de andere verloskundige. Bij het toucheren concludeert ze dat ik al 4 cm ontsluiting heb. ‘Jeetje, en we zijn nog wezen fietsen vanochtend!’ merk ik verrast op. Vol enthousiasme kijk ik naar Paul, de bevalling is eindelijk begonnen!
De jonge verloskundige legt uit wat de bedoeling is. Vanwege het feit dat ik al 4 cm ontsluiting heb een de weeën regelmatig komen, wil ze zo snel mogelijk naar het ziekenhuis. Vanaf Ameland ben je er echter niet zomaar. We willen graag in het ziekenhuis bevallen en dit is ook bij haar bekend.
Ze besluit de helikopter in te schakelen. Met de helikopter ben je in 10 minuten in het ziekenhuis in Leeuwarden, de snelste manier. Helaas geen helikoptervlucht; de Waddenheli staat op Terschelling en moet daarna nog naar Sneek vliegen. Dan gaan we door naar optie 2: de reddingboot. Dit blijkt geen probleem en het transport wordt in gang gezet.
Ondertussen is Paul bezig met het regelen van allerlei dingen. De autosleutel van onze auto aan de vaste wal, wordt aan mijn broertje gegeven. Evenals de hondenriem van de hond. Tijd om Bram nog eens uit te laten is er niet. Jacob geeft aan met de hond te willen lopen en later die dag de auto bij het ziekenhuis te parkeren. Hij is woonachtig in Leeuwarden en het is geen enkele moeite. De Maxi-Cosi wordt in de auto gezet en de laatste spulletjes gaan in de vluchttas.
Dan scheurt er een ambulance onze straat in, met loeiende sirenes en zwaailichten. Mij iets te veel bombarie, rustig loop ik naar beneden en naar buiten. Uiteraard staan diverse buurtbewoners nieuwsgierig te kijken waar deze heisa voor nodig is. Lachend wordt ons succes gewenst, als we naar buiten komen. Buurman en ambulancebroeder Richard komt me met een brancard tegemoet. ‘Hé buurvrouw! Eigenlijk is het wel de bedoeling dat je even wacht en hier op gaat liggen als wij je komen halen.’ Lachend haal ik mijn schouders op, weet ik veel!
Na een kleine 10 minuten arriveren we in de Ballumerbocht, waar de vrijwilligers van de KNRM ons al staan op te wachten. Na het overzetten van de brancard in de reddingboot, gaan we naar de overkant, waar een andere ambulance ons opwacht in Holwerd. Het is een snelle overtocht over de zee, maar van het gedein en gebeuk van het water tegen de boot heb ik geen last. Ik heb nog steeds lichte krampen, die prima vol te houden zijn. De tweede ambulance rijdt ook met loeiende sirenes en zwaailichten. Binnen no time arriveren we in het ziekenhuis. Ook hier verloopt de overdracht soepel. Om half twee lig ik geïnstalleerd en wel in bed in de verloskamer.
Het gereis heeft geen invloed gehad op mijn ontsluiting helaas. Nog steeds 4 cm stelt de verloskundige. In overleg besluiten ze me weeënopwekkers toe te dienen, om de ontsluiting te bevorderen.
De weeën worden nu heftiger en om half 4 druk ik op de bel. Ik vraag pijnstilling, een ruggenprik blijkt de meest ideale optie in mijn ogen. Het goede nieuws is dat de ontsluiting heeft doorgezet, inmiddels is deze 6 centimeter. Het ritje naar de anesthesist duurt niet lang en is nog vol te houden. Als we aan de beurt zijn, wordt de pruik zorgvuldig gezet. Na enkele minuten test de anesthesist de verdoving, door met een ijsblokje over mijn buik te gaan. Deze voelt ijskoud aan. Enkele minuten later probeert hij het nog eens, maar is er geen verandering. Er wordt besloten de prik opnieuw te zetten, blijkbaar is er iets misgegaan. Ondertussen doe ik mijn best om vrolijk te blijven en zit ik mijn weeën weg te puffen. Dit moet mij uiteraard weer overkomen.
Op het moment dat ik mijn benen wil bewegen om in de goede houding te gaan zitten voor mijn tweede ruggenprik, merk ik dat dit niet lukt. Blijkbaar is het slangetje aan de spuit iets te hoog gehouden, waardoor de verdoving langs mijn zenuwbaan naar beneden is geschoten. Mijn benen zijn verlamd! Paul en de anesthesist tillen mij benen in de goede houding en de anesthesist zet de prik opnieuw. Na een tijdje voel ik eindelijk dat de pijn wegtrekt een slaak ik een zucht van verlichting. Dit is fijn!
We wachten op een zuster die ons weer terug naar Verloskunde kan rijden en kijken op de klok. Het is inmiddels kwart voor 5. Om half 6 is er nog steeds niemand die ons meeneemt. We hebben al een paar keer aangegeven dat we wachten en terug naar onze kamer willen, maar we zitten net in de wisseling van de wacht. De patiëntenoverdracht duurt nou eenmaal even en ik heb geduld. Ik ben er helemaal rustig sinds mijn ruggenprik. Paul is daarentegen onrustig. Hij heeft sinds onze aankomst in het ziekenhuis nog geen eten gehad en hij staat te tollen op z’n benen.
Eindelijk komt er een zuster en worden er terug naar de kamer gereden. Daar wordt meteen bami gebracht, wat ik dankbaar op eet. Ook ik rammel van de honger! De nieuwe verloskundige komt de tussenstand opmeten. Helaas is er niet veel verbetering. Ze schat dat ik nu op 7 á 8 centimeter zit en breekt mijn vliezen. Ze vraagt of ze de verdoving wat omlaag kan schroeven en de weeënopwekkers weer aan kan sluiten. Er is een kleine verkleuring in het vruchtwater, wat duidt op meconium. Onze kleine man heeft in het vruchtwater gepoept.
Om half 8 druk ik op de bel. Ik heb gigantische persweeën en wil graag weten hoe de zaken er voor staan. Het blijkt dat ik bijna volledige ontsluiting heb en dat onze zoon is gedraaid. Het wordt nu een sterrenkijker. Er wordt besloten nog even te wachten tot de ontsluiting volledig is. Ook is er de hoop dat ons bewegelijke mannetje zich weer in de goede positie draait.
Drie kwartier lang onderdruk ik de persweeën, maar om kwart over 8 druk ik op de bel. Ik hou het niet meer uit. De baby ligt weer goed en na het laatste vliesje opzij te hebben geschoven, heb ik volledige ontsluiting. Eindelijk mag ik gaan persen!
Het eerste half uur was heerlijk! Eindelijk mocht ik tegendruk geven en kon ik doen waar mijn lichaam naar vroeg. Daarna valt het persen mij zwaar. Het kleintje ligt met zijn arm voor zijn gezicht in het geboortekanaal, wat de voortgang belemmerd. Telkens gaat hij een klein stukje vooruit, waarna ik door de pijn weer ophoud. Wat doet dit pijn! Het concentreren is lastig en ook na aanmoediging van de verloskundige, de zuster en Paul, kost het me veel moeite mijn hoofd er bij te houden. De temperatuur is in de kamer inmiddels ruim 35 graden, en ik val steeds weg. Paul dept mijn hoofd met koude washandjes en drukt bij elke wee mijn kin op mijn borst: volhouden!
Na in totaal anderhalf uren persen wordt ons geduld om kwart voor tien beloond. William Jacob, kortweg Liam, is geboren!