Snap
  • moederschap
  • Verlies
  • bevallen

"Mijn moeder overleed en een paar uur later beviel ik van mijn dochter"

Loïs (31)

"Ik had altijd gedacht dat mijn moeder bij mijn bevalling zou zijn. Dat ze mijn hand zou vasthouden, mijn haren uit mijn gezicht zou strijken en me zou vertellen hoe sterk ik was. Maar in plaats daarvan zat ik naast haar ziekenhuisbed, haar hand in de mijne, terwijl ik voelde hoe het leven langzaam uit haar verdween. En nog geen 24 uur later lag ik zelf in een ziekenhuisbed, terwijl ik mijn dochter op de wereld zette.

De artsen waren eerlijk: er was niets meer aan te doen.


Het begon allemaal maanden eerder, toen we hoorden dat mijn moeder ziek was. Alvleesklierkanker. Een diagnose die als een mokerslag binnenkwam. De artsen waren eerlijk: er was niets meer aan te doen. Ze had nog maanden, misschien weken. Ik was zwanger van mijn eerste kindje en terwijl mijn buik groeide, zag ik mijn moeder steeds verder aftakelen. Het voelde alsof het leven op twee manieren tegelijk in beweging was – in mijn buik groeide een nieuw leven, terwijl voor mijn moeder het einde steeds dichterbij kwam.

Ik bracht zoveel mogelijk tijd met haar door. Ik liet haar echo’s zien, vertelde haar over de schopjes die ik voelde. Ze glimlachte en zei: "Ik ben zo trots op je lieverd, ik wilde dat ik haar kon vasthouden." Ik lachte mee, maar vanbinnen brak ik. Want ik wist dat ze het niet zou meemaken.

De laatste dagen waren zwaar. Ze was moe, sprak nauwelijks nog. Ik zat naast haar, hield haar hand vast en probeerde sterk te blijven. Maar diep vanbinnen voelde ik iets wat ik niet durfde te uiten: paniek. Wat als ze ging op een moment dat ik niet bij haar was? Wat als ik het moment miste?

Toen kwam de ochtend dat de verpleegster me riep. "Het gaat niet lang meer duren." Mijn hart sloeg over. Ik legde mijn handen op mijn buik, voelde mijn dochter bewegen en fluisterde: "Nog even wachten meisje, nog even blijven zitten."

Ik hield haar hand vast tot het laatste moment. Ik zag hoe haar ademhaling steeds trager werd. En toen… stilte. Geen laatste woorden, geen dramatisch afscheid. Gewoon… stilte. Mijn moeder was weg.

Ik wilde huilen, schreeuwen, wegrennen. Maar in plaats daarvan voelde ik een plotselinge pijnscheut door mijn buik. Ik dacht dat het stress was, of misschien de manier waarop ik mijn lichaam verkrampt had van verdriet. Maar toen de pijn terugkwam, wist ik het. Mijn bevalling was begonnen.

Tijdens de bevalling dacht ik alleen maar: Mijn moeder had hier moeten zijn.

Alles ging in een waas voorbij. Mijn man reed me naar het ziekenhuis, terwijl ik tegen de weeën vocht. Ik was in shock, kon niet eens beseffen wat er gebeurde. De verpleegsters wisten wat er net was gebeurd en probeerden lief voor me te zijn, maar ik voelde niets.

Tijdens de bevalling dacht ik alleen maar: Mijn moeder had hier moeten zijn. Bij elke perswee, bij elke pijnscheut, dacht ik aan haar hand die er niet was om de mijne vast te houden. Toen mijn dochter werd geboren en ze haar op mijn borst legden, voelde ik de vreugde die ik altijd had verwacht…, maar daaronder zat een diep, gapend gat van verdriet.

Ik hield haar vast, keek naar haar kleine gezichtje en zei: "Je oma had je zo graag willen ontmoeten."

De dagen na de bevalling gingen voorbij in een roes. Ik deed wat er van me verwacht werd: voeden, verschonen, zorgen. Maar ik voelde me leeg. Iedereen sprak over hoe bijzonder het was dat mijn moeder overleed en mijn dochter geboren werd, hoe ‘het leven en de dood zo dicht bij elkaar lagen’. Maar ik wilde dat niet horen. Ik wilde mijn moeder.

De nachten waren het ergst. Wanneer mijn dochter huilde en ik haar in slaap wiegde, wilde ik niets liever dan mijn eigen moeder bellen en vragen wat ik moest doen. Maar dat kon niet meer. Het drong steeds dieper tot me door: ze komt niet meer terug.

Langzaam gleed ik weg in een depressie. Ik deed mijn best om een goede moeder te zijn, maar voelde me verdoofd. Mijn dochter verdiende beter, maar ik kon haar niet geven wat ze nodig had. Niet écht.

Het duurde maanden voordat ik kon zeggen dat ik weer licht zag. Ik begon therapie, praatte eindelijk over mijn verdriet en durfde te voelen in plaats van alleen maar te overleven. Mijn dochter werd ouder en steeds vaker zag ik mijn moeder in haar terug. In haar ogen, in haar lach, in de manier waarop ze me soms ondeugend aankeek.

En nu, als ik naar haar kijk, weet ik dat mijn moeder niet écht weg is. Ze leeft voort in haar. In de verhalen die ik haar zal vertellen. In de liefde die ik haar geef.

Maar sommige dagen mis ik haar nog steeds zo erg dat het pijn doet. En dan fluister ik: "Ik hoop dat je trots op me bent mam."

Heb jij een bijzondere ervaring in het moederschap die je wilt delen? Stuur ons je verhaal dan op via info@mamaplaats.nl. We zijn benieuwd naar jouw ervaringen!🤍

Lees ook: ''Ik ontdekte dat mijn man een dubbelleven leidde, terwijl ik net moeder was geworden''

Hi! Praat je ook mee met postauthor?

Sharing is caring! Deel ook jouw ervaring of mening over dit onderwerp.

Pssst... Ben je er nog?

Er staan nog meer inspirerende verhalen op je te wachten! Maak nu gratis een account aan of log in om verder te gaan.

Nooit meer iets missen van Mamaplaats?

Schrijf je nu in voor de nieuwsbrief!

Hi! Laat je ook een reactie achter bij Mamaplaats?

Of praat mee en deel direct jouw ervaring of mening!

Heb je ook een verhaal of tips om te delen?

Start dan nu je eerste post! Een story, forumtopic of poll plaatsen kan ook.