
Beeld: Rianne de Haas
Hoe mijn roze wolk eerder een grijze mist bleek
Toen ik voor het eerst moeder werd, had ik een heel duidelijk plaatje in mijn hoofd. Je kent het vast: je krijgt een baby, die slaapt na een voeding voldaan in je armen, je gaat wandelen met de kinderwagen, af en toe op pad, tussendoor knuffelen, elkaar leren kennen en vooral… genieten.
Maar zo liep het niet. De realiteit voelde als een rollercoaster waar ik niet op voorbereid was. Niemand had me echt verteld hoe heftig het kon zijn als slapen níet vanzelf gaat. Hoe allesbepalend het wordt voor hoe je je voelt, hoe je dag eruitziet en hoe je als mens en ouder functioneert.
Een baby die altijd “aan” stond
Mijn eerste kindje sliep heel slecht. Vanaf een week of twee merkte ik: dit is anders. Hij was zó alert. Zijn oogjes stonden altijd op “aan”, alsof hij elk moment klaar was om te checken wat er in de wereld gebeurde. Hij wilde niets missen, mijn FOMO-baby. En ik? Ik wist niet hoe ik daarmee om moest gaan.
De schommelstoel-marathon
De enige manier waarop we hem in slaap kregen, was op ons. Op ons lijf, in de schommelstoel. Strak ingewikkeld in een grote hydrofiele doek, later in een inbakerslaapzak. Uren hebben we daar gezeten: overdag, ’s avonds, soms ook ’s nachts.
Schommelen, wiegen, sussen, afwachten. “Wieg je niet te hard?” vroegen mensen dan. Maar dit leek echt de enige manier. We zaten daar met stijve schouders, brandende ogen en trillende benen. En steeds weer diezelfde vraag in mijn hoofd: waarom slaapt hij niet gewoon?
Geen roze wolk, maar isolatie
In plaats van een roze wolk voelde ik vooral een dikke mist. Ik voelde me geïsoleerd in huis, terwijl het leven buiten gewoon doorging: werk, terrasjes, weekendjes weg. Mijn wereld bestond uit die schommelstoel, voedingen, kolven, huilbuien en eindeloos proberen hem te laten slapen.
Vriendinnen en familie zagen maar een momentopname. Hun adviezen waren lief bedoeld, maar voelden vaak als onbegrip:
- “Ach joh, alle baby’s slapen toch slecht in het begin.”
- “Je moet het gewoon wat meer loslaten.”
- “Maak je niet zo druk, het komt heus wel goed.”
- “Leg hem gewoon wakker in bed, dan leert hij het wel.”
Als wij vertelden dat we soms flink moesten schommelen om hem überhaupt íets van slaap te laten pakken, werden we aangekeken alsof we overdreven. Alsof we té krampachtig waren. Nu snap ik dat het uit liefde kwam, maar toen voelde het vooral alsof ik het fout deed op iets wat ‘natuurlijk’ zou moeten gaan. En ondertussen was ik tot op het bot moe.
De zoektocht die alles veranderde
Die periode was zwaar. Het was een dal waarin ik continu aan het bijsturen was: andere manier van inbakeren, andere speen, andere timing van dutjes, naar de osteopaat, de babyfysio, nog een consult, nog een tip. Niet omdat ik alles wilde controleren, maar omdat ik zo graag wat meer rust wilde voor hem én voor ons.
Elke mini-verbetering voelde als een overwinning. Tegelijkertijd merkte ik: dit is niet “maar een fase” voor mij. Dit raakt aan alles: mijn zelfvertrouwen, hoe ik moeder, partner en mens ben. En ergens, diep vanbinnen, groeide naast alle onzekerheid óók iets anders: vastberadenheid.
Als we hier uitkomen, wil ik anderen helpen!
Ik was al pedagoog en had de theorie en de boekenkennis. Maar nu had ik ook de rauwe ervaring: de nachtelijke versies van mezelf met rode ogen en eindelijk een slapende baby op mijn borst. De frustratie, het onbegrip, de goedbedoelde maar onhandige opmerkingen.
Ik wist: als ik me nog verder verdiep in slaap, kan ik meer bieden dan alleen kennis. Dan kan ik ouders ook geven:
❤ échte empathie
❤ échte erkenning
❤ échte inleving
Niet: “Je moet gewoon dit of dat proberen.”
Maar: Ik zie je. Ik geloof je. Je overdrijft niet!
Wat ik nu meeneem in mijn werk
De gezinnen die ik nu begeleid, zijn voor mij nooit ‘casussen’. Het zijn mensen. Vermoeide, liefdevolle ouders die alles geven in een situatie die vaak niemand van buitenaf écht begrijpt.
Als een moeder tegen mij zegt:
- “Hij slaapt alleen maar op mij.”
- “Ik durf hem niet neer te leggen.”
- “Ik ben zó moe, ik weet niet meer wat normaal is.”
Dan voel ik niet alleen professioneel medeleven, maar ook dat stukje in mezelf dat denkt: ja, ik weet hoe dat is. Je hoeft mij niet te overtuigen. Juist dááruit is mijn manier van werken ontstaan: zacht, begripvol, afgestemd, met oog voor jou als mens, niet alleen jouw baby als ‘slaapvraag’.
Voor jou, als jij nu in die stoel zit en misschien leest met een slapende baby op je borst, misschien met tranen in je ogen, misschien met een lijf dat schreeuwt om één nacht doorslapen:
Dan wil ik dat je dit weet:
❤ Je bent niet naïef omdat je dacht dat het anders zou zijn.
❤ Je hebt niets verkeerd gedaan omdat jouw baby ander gedrag vertoont dan die van je vriendin.
❤ Je overdrijft niet.
❤ Je mag het zwaar vinden.
❤ En je hoeft dit niet alleen uit te zoeken.
Mijn verhaal begon in een krakende schommelstoel met een FOMO-baby in mijn armen. Daar, tussen tranen, twijfel en eindeloze wiegbewegingen, is het zaadje geplant voor wat ik nu doe.
En elke keer als ik een ouder mag begeleiden, denk ik een beetje terug aan die tijd. En kan ik tegen jou zeggen: ik zie je. Ik weet echt waar je vandaan komt!
Heb je behoefte aan een luisterend oor, iemand die meedenkt? Misschien had je net dit zetje nodig om ook jouw verhaal te delen.
Je bent altijd welkom bij Hazenslaap ❤. Waar niet altijd oplossingen zijn, maar wel mogelijkheden en veel liefde en compassie voor waar jij doorheen gaat!
Liefs,
Rianne | Hazenslaap Pedagogiek & Slaapcoaching
Volg @hazenslaap op Instagram voor jouw dagelijkse portie slaapinspiratie
PRAAT MEE MET ANDERE Mama’s in de community
Kom in contact met (aanstaande) ouders, word lid van een geboorteclub en blijf op de hoogte van de ontwikkeling van je kind.