Beeld: dehuisboerin

Verdragen en blijven proberen

Author Picture
serie blogger

Ik ben moe. Moe van het continue aanstaan, moe van mijn depressie en de angsten en moe van de jarenlange strijd die ik voer tegen mijn mentale uitdagingen.

Ik ben begonnen met (bijna) iedere dag een lange wandeling te maken en wat meer op mijn voeding te letten in de hoop dat dit positief bijdraagt aan mijn herstel. In ieder geval draagt het positief bij aan het verliezen van de laatste zwangerschapskilo’s.

Daarnaast is gelukkig de ondersteuning vanuit het IMH (Infant Mental Health) gestart en zijn we rustig begonnen met oefenen om meer los te laten. Loslaten zodat ik meer ademruimte krijg, mijn dochter vaker uit handen kan geven aan mijn man en ik minder het gevoel heb dat ik alles alleen moet doen. Niet dat mijn man niet wil helpen, maar ik durf het niet uit handen te geven aan hem.

Ik merk dat het oefenen veel spanning met zich meebrengt. Mijn man doet onwijs zijn best, we doen het op mijn tempo, maar alsnog is het doodeng en vermoeiend. Zodra mijn dochter geluid maakt of huilt, schiet ik in de ‘oplossen’ modus. Het zou fijn zijn om mijn man wat meer ruimte te geven om haar te troosten of te wiegen, maar in plaats daarvan schiet mijn hartslag gelijk naar 180 en voel ik een enorme onrust in mijn lichaam.

Toch hebben we dit van de week bij het IMH geoefend. Ik moest letterlijk wat afstand nemen, terwijl mijn man met onze dochter aan het spelen was. Vol trots kon ik van dit moment genieten: mijn man, die een enorme liefdevolle papa is voor onze dochter, en onze dochter die geniet van de aandacht van haar papa. Het ging goed totdat onze dochter wat vermoeid raakte en daardoor wat onrustig werd. Maar… ik heb het gedaan. Ik bleef op afstand zitten (letterlijk twee meter, maar voor mijn gevoel drie kilometer) en ik gaf mijn man de ruimte.

Het lukte hem om haar te troosten en gerust te stellen en het lukte mij om het te verdragen. Verdragen van het gevoel dat ik even niet nodig ben, dat ik even achterover mag leunen en op mijn handen mag en kan zitten. Verdragen van het ongemak en de angst.

We zijn pas net begonnen en het eerste kleine stapje is nu gezet. Mijn perfectionistische kant zegt dat ik nu gelijk moet doorpakken en het ook direct moet gaan oefenen met de opa’s en oma’s van onze dochter, mijn gevoel zegt dat ik daar nog helemaal niet klaar voor ben en mijn behandelaar en man zeggen dat het rustig aan mag, op mijn tempo, en dat dit voor nu goed genoeg is, dus daar vertrouw ik voor nu op.

De dagen dat ik geen therapie of behandeling heb, probeer ik te genieten van onze dochter en er samen op uit te gaan op de dagen dat ik mij redelijk voel. Ik blijf eropuit gaan om te voorkomen dat de angst het van mij wint. Het is iedere dag zwaar en iedere dag voelt als een gevecht, een gevecht dat ik nog niet lijk te winnen.

Ik ben moe, maar ik kan niet opgeven, want ik heb nog een hele lange weg te gaan. Een intense, emotionele, lange weg. Ik ben moe, maar toch wil ik ervoor gaan. Voor mijn man, voor onze dochter, voor de opa’s en oma’s van onze dochter, maar vooral voor mezelf. Ik wil ervoor gaan zodat ik weer kan leven in plaats van overleven. Rustig aan en op mijn tempo.

WhatsApp
Facebook
X
LinkedIn
Email