Terug naar het normaal
De eerste dagen thuis zit ik volledig van de wereld op de bank. Allerlei gevoelens tuimelen over elkaar heen. Boos, verdrietig, machteloosheid, frustratie, vermoeidheid en vooral verdoofd. Ik kan niet meer. Ik ben compleet op. Als ik naast mij kijk, zie ik dezelfde emoties bij mijn vriend. Hoe gaan wij dit nog volhouden? Wat gaan we nu doen? Ik weet het niet meer.
De eerste dag na thuiskomst belt mijn moeder. Het gaat niet goed met haar na de buikoperatie om haar middenrifbreuk te herstellen. Vorige week heb ik haar al naar de SEH moeten brengen, omdat ze geen eten of drinken meer binnen kreeg. Daarop hebben de artsen een duodenumsonde geplaatst met daarbij een extra slang om eventueel maagsappen op te zuigen. Alleen nu lijkt het wel alsof ze enorm reageert op de slang.
Natuurlijk wil ik haar weer naar de SEH brengen, maar dit keer ga ik niet bij haar blijven. De vorige keer heb ik 5 a 6 uur lang met een mondkapje opgezeten, omdat we elke keer weer naar de wachtkamer met andere mensen moesten. Een klein hokje met schermen waar meer dan tien mensen zaten te wachten. Ik snap dat het druk is, maar ik wil geen onnodige risico’s nemen. Ondertussen kan ook het UMCG bellen om te vertellen wat de nieuwe medicatiedosis gaat worden voor Boefke. Een telefoongesprek die mijn vriend en ik samen willen voeren.
Gelukkig belt het UMCG pas als ik net thuis ben. De transplantatieverpleegkundige vertelt dat de spiegel op dit moment eigenlijk best goed was. Al vraagt ze zich ook af deze waarde wel klopt. Voor de zekerheid hebben de artsen de dosis verhoogt en mogen we aankomende maandag weer prikken. Ze voorspelt dat als de medicatie het gewenste effect heeft we wel al een daling kunnen zien. Het zal nog niet helemaal goed zijn, want dat heeft tijd nodig. Met nog meer vragen in mijn hoofd rond ik het gesprek af. Ik heb geen flauw idee meer hoe het zit. Er zit dan ook niets anders op dan vertrouwen en meegaan met de adviezen van de artsen.
De rest van het weekend staat in het teken van onszelf proberen te herpakken. Geen idee hoe, maar we moeten door. Samen met mijn vriend probeer ik een plan te bedenken voor de komende tijd. Mijn vriend wil heel graag weer naar zijn werk toe. Iets wat ik hem van harte gun, maar dan komen we op het punt hoe we het gaan doen met de mondkapjes. Officieel hoeven we ze niet meer op. We besluiten een tussenweg te doen. Op ons werk doen we geen mondkapje meer op, want het op en af doen van dat ding neemt het risico niet weg. In de winkels doen we het wel nog op, omdat we daar veel verschillende mensen tegen kunnen komen. We zijn ons er heel bewust van dat we de dans niet meer kunnen ontspringen. Ook wij zullen het een keer gaan krijgen. De enige vraag die we hebben is wanneer.
Voorzichtig probeert mijn vriend het volgende punt te bespreken. ‘We weten nu hoe we het gaan doen met ons werk, maar gaan we…’ begint hij aarzelend. Nog voor hij zijn zin afmaakt vul ik hem aan. ‘Ja, we gaan ook weer leuke plannen maken. Net zoals we in de auto hadden bedacht. Ik wil en kan niet langer ons sociale leven op pauze zetten.’ Mijn vriend zucht opgelucht. ‘Laat ons gewone leven, maar weer beginnen!’
schrikkelkind
Heel veel sterkte en wijsheid voor jullie,maar probeer tussendoor ook te genieten er zijn lichtpuntjes in ieders leven. Geniet daarvan hoe klein ze ook zijn .